360
13 DECEMBER 1956
beschikken, dan zou spreker voelen voor de argumenten van de heer
Vermeulen.
De subjectieve bijdrage is een element in de strijd. Het is echter
geen wedloop tussen de gemeenten, wie het meeste uit de pot krijgt.
Dit weet trouwens de heer Vermeulen zelf.
Het College van Burgemeester en Wethouders kan de grens tot hoe
ver kan worden gegaan niet aangeven. Als de heer Vermeulen dit kan,
zullen Burgemeester en Wethouders hem dankbaar zijn. De grens is
eerst aan te geven als het uiteindelijk bedrag bekend is.
Eerst moeten Burgemeester en Wethouders de totale grootte van de
koek kennen, dan pas kunnen zij hem versnijden en gebruiken, waar
voor hij verbruikt kan worden.
De heer Vermeulen heeft gesproken over een investeringspost ad
985.000,- voor werken die eerst in 1958 in uitvoering komen en
waarvan de lasten dan later in de begroting komen. De handelwijze in
deze gevolgd is in overeenstemming met de richtlijnen van Gedepu
teerde Staten. Wanneer de kredieten verleend worden, komen de
nodige posten op de begroting. De heer Vermeulen was ook nieuws
gierig of de begroting 1958 sluitend zal zijn. Deze is ook voor Burge
meester en Wethouders nog een gesloten boek. Zodra hierover iets be
kend is, zullen Burgemeester en Wethouders daarvan mededeling doen.
Het overleggen van een lijst van lopende kredieten is door de voor
zitter al toegezegd. De afschrijvingen op diverse objecten worden steeds
bij de rekening aan de Raad overlegd. Bij de rekening wordt een staat
gevoegd met afschrijvingen en extra afschrijvingen per object. Bij de
begroting is het niet mogelijk te bepalen welke extra afschrijvingen
zullen geschieden. Het komt herhaaldelijk voor dat plotseling extra af
schrijvingen nodig zijn. De afschrijving van kredieten voor het hoogspoor
waarop de heer Vermeulen heeft gewezen, betreft oude kredieten voor
aankoop van panden en terreinen aan de Terheijdenstraat, welke is
geschied voor de mogelijke aanleg van een tunnel.
Dat Burgemeester en Wethouders willen trachten de achterstand te
vlug in te halen is niet helemaal juist. Burgemeester en Wethouders
zien dit althans zo niet. Bezuinigen is de weg van de minste weerstand.
Spreker neemt aan dat de heer Vermeulen dit niet aldus heeft bedoeld.
Als Burgemeester en Wethouders geld nodig hebben voor woningbouw
en zij slagen er niet in daarvoor gelden aan te trekken dan zullen zij
de Raad voorstellen hiervoor reserves aan te spreken.
Spreker vindt het jammer, dat de heer Vermeulen heeft gezegd, dat
spreker politiek beter geschoold is dan hij. Bijna zou hij denken, dat
dit duidt op een minderwaardigheidscomplex bij de heer Vermeulen.
Wanneer de gemeente op basis van de commissie Oud thans een uit
kering zou krijgen zou deze 9.318.000,- bedragen. Dit is niet vol
doende, omdat voor 1957 10.118.000,- nodig is. De gemeente moet
echter nog lang wachten op de toepassing van het rapport der com
missie, omdat deze pas in 1960 aanvangt.
Spreker is het met de heer Cosijn eens, als deze hoopt op een spoe
dige oplossing van de financiële moeilijkheden, waarin de gemeente
verkeert.
Het tekort op de primaire begroting bedraagt 782.300,-. In ver
band met de verhoging van het uitkeringspercentage en verhoging van
de belasting-uitkering wordt dit tekort teruggebracht tot 378.000,-.
Dit wordt gedekt door opbrengst van rioolbelasting en vermindering van
het subsidie aan de bijzondere kleuterscholen en diverse andere kleine
posten.
De heer Minderhoud kan zich te dien aanzien verzekerd houden,
dat Burgemeéster en Wethouders zullen doen wat nodig is om de be
groting 1956 sluitend te houden.