362 13 DECEMBER 1956 u.l.o.-scholen met 70 klassen. In totaal wordt dit 11 x 3.000,ver- c meerderd met sociale lasten. I Naar aanleiding van de opmerking van de heer Klompers over het j- subsidiëren van onderwijsinstellingen elders i.v.m. leerlingen uit Breda, v die aan deze instellingen onderwijs genieten, zegt spreker, dat onder scheid dient te worden gemaakt tussen bepaalde verplichte wettelijke c uitgaven, die door Gedeputeerde Staten worden vastgesteld, b.v. voor a b.l.o., g.l.o., v.g.l.o. en u.l.o. en daarnaast de door de Raad vastgestelde i bijdragen voor het bijzonder v.h.m.o. en andere instellingen van bijzonder I onderwijs. a De kunstacademie te Maastricht is hoger onderwijs, terwijl de kunst- 1 academie St. Joost onder middelbaar onderwijs valt. Dat de gemeente Breda derhalve voor een leerling die de kunstacademie te Maastricht i bezoekt, een bijdrage verleent, is geheel en règle. c Nu de Voorzitter reeds over de bestuurscommissies heeft gesproken 1 kan spreker zich hiervan ontslagen achten. Hij is het wel eens met de s Voorzitter en de heer Toxopeus, dat de gemeente zich moet instellen r op de ontwikkeling van het bestuursapparaat in de toekomst. Cultuur is geen vaag begrip, maar zij is wel onderworpen aan evoluties. Zij vormt 1 een uitstekend terrein voor researchwerk. s Wanneer in verband met de Beijerd gewezen wordt op het ontbreken e van een directeur, dan moge spreker in herinnering brengen de mede- I deling van de Voorzitter, dat een directeur is benoemd. De eenzijdig- s heid, waarover is gesproken, is voor verschillende uitleg vatbaar. De tentoonstellingen tot op heden gehouden, voornamelijk van Belgische 1 kunstenaars, zijn inderdaad enigszins eenzijdig. Spreker hoopt echter, s dat de Raad begrip zal hebben voor de dwangpositie, waarin Burge- t meester en Wethouders verkeerden. Nu een directeur is benoemd, wiens e naam op dit gebied reeds gevestigd is, zal deze eenzijdigheid wel ver anderen. Overigens moge in dit verband worden gewezen op de plaats s welke Breda en het cultureel centrum zal hebben in te nemen in Bene- lux-verband. De totstandgekomen tentoonstellingen waren van goede I kwaliteit. Wanneer wordt gezegd, dat de catalogi meer afgestemd moe- c ten zijn op de gemiddelde bezoeker, dan wenst spreker er op te wijzen, dat de adviseur, wiens bijstand bij het inrichten der tentoonstellingen is ingeroepen, bij het samenstellen van de catalogus vrij spel moet heb- 1 ben. Ook dit zal, nu een nieuwe directeur is benoemd, wel veranderen. 1 De overgangsperiode is thans voorbij. De nieuwe directeur zal meer en 1 vooral pedagogische contacten moeten leggen. Spreker is er van over- I tuigd, dat het schip thans vast op het doel afgaat. Het nieuwe jaar ligt voor ons om dit waar te maken. Inderdaad bedragen de inkomsten slechts 7°/o van de uitgaven. Ook r dit zal wel gewijzigd worden. Het betreft hier een kwestie van propa- c ganda. Van de coördinatie en stimulering der propaganda zal de Raad t op de hoogte worden gehouden. c Wat de entreeprijzen betreft zij het volgende medegedeeld, 's Maan- j dags bedraagt de entreeprijs 25 cent, andere dagen volwassenen 75 cent, militairen 25 cent, groepen 25 cent, scholen 15 cent per persoon. Aan de jeugd is dus wel degelijk gedacht. De openingsuren zijn thans gesteld van 2—18 uur. Tevens is gedacht aan een tegemoetkoming aan andere f groeperingen. Tenslotte deelt spreker mede, dat de Minister van Onderwijs, Kunsten a en Wetenschappen heeft bericht een rijkssubsidie ad 4.000,voor 1956 beschikbaar te hebben gesteld voor het cultureel centrum; voor i 1957 hoopt de Minister een dergelijk subsidie te kunnen bevorderen. a De vriendelijke woorden van de heer Toxopeus over de sport zal spre- 1 ker gaarne overbrengen aan de dienst van Openbare Werken en de a Sportstichting. Het krediet voor de aanleg van sportvelden, dat de Raad i

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1956 | | pagina 362