Ï4 DECEMBER 1956 AVèfhoüder TÖNGBLÖED antwoordt, dat aan de Kwakkelhutstraat aandacht zal worden geschonken, evenals aan het terreintie nabij de Cólumbusstraat eri hét Planciusolein. Spreker deelt mede, dat hij niet in dé'Kwakkfelfriltstraat is geweest. Hij meende dat bedoeld was de Leeg- stïaat; dfetë piraat is'Jniniddels opgeknapt. De heer Lossez zal genoegen 'nribê'téh rièriien niet' dé tö'ezégging, dat de zaak bekeken zal worden. Het '2al wél zo Worden,' dat laad- en losplaatsen zullen kunnen worden benut, echter zodanig dat de rijweg én de berm niet in het gedrang zullen kfóótén'. Hé't" kan 'voor bedrijven wel eens nodig zijn dat dit wordt toe- 'gfeStaaih1. Eén1 en aridef hangt echter van de sitüatie ter plaatse af. Over •dë; HdólbclaStfqjr is 01 zovéél gézegd, dat spreker meent, dat dit thans 'J^èfer' buitéri beScboriwirig kan worden gelaten. De heer LOSSEZ merkt nog op, dat het geen los- en laadplaats is, maar züivér eeri opslagplaats. Wethouder JONGBLOED zegt toe deze aangelegenheid nader te zullen bekijken. Hierna Wordt hoofdstuk VI zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. Hoofdstuk VII. Dit hoofdstuk wordt zonder enige beraadslaging vastgesteld. - Hoofdstuk VIII. De heer RATTTNK zegt; Mijnheer de Voorzitter. Dit jaar heeft de Kleuteronderwijswet voor het eerst gewerkt. Verschillende aanvragen tot medewerking van bouw, 'aanschaffing van ontwikkelingsmateriaal, hulpmiddelen enz. werden al spoedig ingediend. Het kleuteronderwijs was voorheen wel erg in de verdrukking geraakt. En dit ondanks dat verschillende gemeenten, w.o. ook Breda, dat onderwijs subsidieerden, maar niet konden doen wat gedaan moest worden. Thans is er meer armslag. Ik geloof, Mijnheer de Voorzitter, dat op het terrein van het kleuter onderwijs nog heel wat te doen is. Voor veel kleuters zijn er nog geen scholen. En in dit verband wil ik nog gaarne even memoreren, hetgeen de wethouder van onderwijs in de laatst gehouden vergadering van de Onderwijscommissie mededeelde. Gepland zijn dan voor 1957 8 lokalen voor katholiek onderwijs en voor 1958 12 lokalen, waarvan 8 voor katholiek onderwijs en 3 voor de J.L. Stichting. Gerekend naar de behoefte is wat Breda krijgt erg weinig. Maar er zijn meerdere gemeenten in ons land. Wel hoop ik, en ik meen dit ook namens mijn fractie tg kunnen zeg gen, in sterke mate, dat er met alle mogelijkheden, welke hiervoor zijn, er Uwerzijds naar gestreefd zal worden om a. de genoèrnde aantallen voor de jarèri 1957' eri 1958 te bereiken; b. de planning, van cje lok'alèh, zoals gegeven, uit te voeren. Mijnheer de Voorzitter. Breda is in 1956 gekomen tot de vorming van een studiefonds. Hierover kunnen wij ons ten zeerste verheugen. Een 'jtap in een richting, waarin we nog zullen moeten voortgaan zolang op dit stuk nog geen andere maatregelen zijn getroffen. In bescheiden vorm is hier een begin gemaakt om voor jongelui, die kunnen eri willen studé ren, financiële beletselen weg te nemen. Naar ik hoop en vertrouw'zal Uw College dat fonds willen en ook weten te versterken om bij te dra gen tot een gelijke kans voor ieder kind tot ontplooiing van zijn per-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1956 | | pagina 422