62
15 FEBRUARI 1956
boven een handenarbeidlokaal te stichten. In Uw preadvies is echter
sprake van een centraal gymnastieklokaal zonder meer. Rijst de vraag
wat Uw bedoeling nu in feite wel is. Centraal gymnastieklokaal met of
z nder handenarbeidlokaal.
Blijkbaar wenst U een gymnastieklokaal in Boeimeer door de ge
meente te stichten en waarvan meerdere scholen gebruik kunnen ma
ken. Hiermede kan ik wel akkoord gaan. De motivering van het pre
advies acht ik echter onjuist. U wijst de aanvraag voor het gymnastiek
lokaal af op grond van overschrijding van normale eisen aan het geven
van lager onderwijs te stellen.
Naar mijn mening behoort bij een school een gymnastieklokaal, zeker
indien er zoals hier 9 verplichte lesuren zijn. Ik geloof, dat er beter
aan was gedaan met het schoolbestuur deze zaak eens te bespreken en
ik houd er mij van overtuigd, dat wanneer dit bestuur Uw plan om
in Boeimeer een centraal gymnastieklokaal te stichten waarvan de
Nutsschool ook gebruik zou kunnen maken was medegedeeld, het
bestuur wel bereid geweest zou zijn tot overleg en intrekking van zijn
verzoek.
Ik houd het er op, dat het bestuur tot de overtuiging zou zijn ge
komen bij de stichting van een centraal gymnastieklokaal haar verzoek
niet te moeten doorzetten.
Mijnheer de Voorzitter, ik kom nu tot de aanvraag voor een handen
arbeidlokaal.
Het bestaande handenarbeidlokaal is een oud noodgebouwtje. Het
wordt steeds slechter en is aan het verzakken. Dat het schoolbestuur
nu vraagt om een nieuw permanent gebouw is te verklaren. En het is
des te begrijpelijker als we in het verzoek (15-11-1955) van het school
bestuur het volgende lezen:
„Wat dit laatste lokaal (d.i. het handenarbeidlokaal) betreft heeft het
schoolbestuur besloten gevolg te geven aan de suggestie van Burge
meester en Wethouders in hun brief van 5-8-1954 (no. V/12516) wes
halve het Uw Raad verzoekt medewerkingtot een permanent
handenarbeidlokaal".
Mijnheer de Voorzitter, bij de stukken is geen afschrift van die brief
van Uw College, maar ik meen dan toch te mogen aannemen, dat die
suggestie van Uw College betreft de aanvrage tot het bouwen van een
permanent handenarbeidlokaal. Dit zo zijnde was er indertijd bij Uw
College wel de overtuiging tot nieuwbouw te moeten komen. Thans
is U er tegen omdat
1. er geen gymnastieklokaal bij de school kan worden gebouwd en
alzo geen eenvoudige en voordelige oplossing voor een handenarbeid
lokaal is te bereiken en
2. er een tekort is aan produktievermogen in de scholenbouwsector.
Beide motieven zijn naar mijn mening niet juist.
1. Bij 1 wordt het zwaartepunt gelegd bij: geen eenvoudige en
voordelige oplossing. Nu meen ik dat dit hier geen rol kan spelen. Hier
zal los van het feit of bii de school al of niet een gymnastieklokaal kan
komen de noodzakelijkheid van nieuwbouw moeten worden beoordeeld.
2. De 2e motivering (het tekort aan produktie-vermogen in de scho
lenbouwsector), kan niet een motief zijn voor Burgemeester en Wet
houders, wel voor hogere autoriteiten. Ook hier geldt weer dat de aan
vraag op z'n eigen merites is te beoordelen. Bovendien is het de vraag
of de bouwstop in de schoolsector wel kan blijven gehandhaafd
of niet spoedig een andere weg dient te worden ingeslagen.
Mijnheer de Voorzitter, wat de afwijzing van het gymnastieklokaal
betreft kan ik mij wel verenigen met Uw voorstel. Echter niet met af
wijzing van het handenarbeidlokaal. En ik zou U willen voorstellen op
Uw afwijzend standpunt terug te komen.