110
15 MEI 1957
uitgestippeld. Hij heeft alleen willen stellen, dat, als de raad in
principe met het voorstel van Burgemeester en Wethouders mee
gaat, Burgemeester en Wethouders zullen nagaan welke aanvragen
het meest urgent zijn. Dan komt er langzamerhand een plan en als
dit goed doordacht is zal de raad worden geïnformeerd.
Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten.
10. Openbare kleuterschool Viandenlaan.
11a. Medewerking art. 50 kleuteronderwijswet.
De heer MINDERHOUD zegt, dat uit de stukken blijkt, dat door
het schoolbestuur nog al het een en ander gevraagd wordt b.v. een
piano en een schrijfmachine. De inspectrice van het kleuteronderwijs
acht dan ook bepaalde zaken niet noodzakelijk. Spreker meent, dat
deze uit de aanvrage zijn geschrapt. Hij mist echter een begroting
van de kosten der overige leermiddelen. Hij zou het wel op prijs
stellen, dat in de toekomst bij zulke aanvragen ook een kosten-
begroting wordt overgelegd. Nu moet de raad wachten op de nood
zakelijke begrotingswijziging'.
Wethouder STUBENROUCH antwoordt, dat inderdaad bepaalde
posten van de aanvrage zijn geschrapt. Deze zaak is ook reeds in
de onderwijscommissie besproken. In het concept-besluit is dan ook
alleen sprake van medewerking t.a.v. de posten, waartegen de
inspectrice geen bezwaar heeft. De Raad dient thans alleen te
besluiten tot het verlenen van medewerking. De begroting is nog
niet aan de orde. Dat naderhand de begrotingswijziging komt, is
de normale gang van zaken.
De heer MINDERHOUD vraagt of de begroting niet tegelijk kan
worden overgelegd.
De VOORZITTER antwoordt, dat de wet dit niet eist; meer dan
de wet eist kunnen Burgemeester en Wethouders niet verlangen.
De Raad dient thans alleen in principe te besluiten tot mede
werking.
Hierna wordt overeenkomstig' het voorstel besloten.
11b. Medewerking art. 50 kleuteronderwijswet.
11c. Medewerking art. 72 R.O.-wet 1920.
12. Vergoeding art. lOlbis, 4e lid der R.O.-wet 1920 voor 1957.
Overeenkomstig deze voorstellen wordt besloten.
13. Verbouwing Gemeentelijk Gymnasium.
De heer MINDERHOUD vindt het bedrag der verbouwingskosten
aan de hoge kant. Hij zegt, dat er vorig jaar een nieuwe u.l.o.-
school is gebouwd in deze gemeente met 8 leslokalen voor minder
dan de helft van de verbouwingskosten. In deze school is ook een
natuurkundelokaal. Het gymnasium heeft slechts 100 leerlingen
en 6 klassen. Spreker begrijpt niet, dat de kosten zo hoog moeten
worden. Is een nieuw gymnasium niet goedkoper?