17 JULI 1957
167
Hierna gaat de Raad in besloten zitting over.
Na weder openbaarmaking van de vergadering door de Voorzitter
gaat de Raad tot stemming over.
Uitgebracht worden 32 stemmen waarvan 28 op de heer Ir. W. H. van
Kampen, 3 op de heer Ir. J. J. de Heer en 1 blanco, zodat de heer
van Kampen is benoemd.
44. Wijziging instructie van de Directeur van het Vervoerbedrijf.
45. Aanschaffing landbouwtractor.
Overeenkomstig deze voorstellen wordt besloten.
46. Benoeming leraren.
Voor de benoeming van leraar aan de gemeentelijke technische school
en de gemeentelijke school voor scheepswerktuigkundigen worden 32
geldige stemmen uitgebracht, waarvan 30 op de heer W. P. van Opstal
en 2 op de heer Huisken, zodat de heer Van Opstal is benoemd.
Voor de benoeming van een leraar aan de gemeentelijke middelbare
handelsavondschool worden 32 stemmen uitgebracht, waarvan 30 op de
heer P. Clement, 2 op de heer W. H. J. van der Made en 1 blanco,
zodat de heer Clement is benoemd.
Rondvraag.
De heer KRAMERS zegt, dat de laatste tijd in de Nieuwe Ginneken-
straat een lelijke stellage heeft gestaan met aanplakbiljetten erop van
circus Mullens. Het circus is weg, doch het aanplakbord staat er nog.
Hij verzoekt dit te verwijderen.
De VOORZITTER antwoordt dat de stellage zal worden verwijderd.
De heer RATTINK vestigt er de aandacht op, dat in de laatste maan
den aan de Jan Ligthartschool door de schooljeugd veel is vernield, o.a.
ruiten ingegooid, afrastering en beplanting vernield. Het schoolbestuur
moet de onkosten hiervan uit de exploitatie-vergoeding van de school
betalen. Hij verzoekt ter plaatse verscherpt politietoezicht.
De heer VERMEULEN vraagt Burgemeester en Wethouders de Raad
in te lichten over het te volgen huurbeleid met ingang van 1 augustus
1957.
De heer VERSCHUREN verzoekt de waterlopen in de buitenwijken
tweemaal per jaar te schouwen. De waterafvoer is op het ogenblik niet
voldoende. Bij stortbuien zijn deze sloten verstopt door het gras. Bij de
behandeling van de gemeentebegroting 1957 heeft hij hierop reeds de
aandacht gevestigd. Slechts twee waterlopen worden tweemaal per jaar
geschouwd. Dit is voor alle waterlopen dringend nodig, omdat de af
voer van overtollig water, wat afkomstig is van wegen en landerijen,
door deze sloten naar de riviertjes wordt gevoerd. In het belang van
land- en tuinbouw doe ik nogmaals een beroep op Uw College om deze
toestand te verbeteren.
De heer. MOL zegt, dat in de vorige raadsperiode de Raad in de
maand augustus niet vergaderde. Hij verzoekt dit thans weer in te voeren