178 13 AUGUSTUS 1957 Vraag. De heer MINDERHOUD zegt, dat op de terrasjes voor de café's ijzeren hekwerken staan om de tafeltjes en stoelen af te scheiden van het overige gedeelte van het trottoir, opdat de voetgangers niet van het trottoir af behoeven te gaan. Het komt nu regelmatig voor, dat tegen deze afscheidingen rijwielen worden geplaatst, zodat de voetgangers van het trottoir af moeten. Hij verzoekt maatregelen te nemen, dat dit niet meer kan voorkomen. Antwoord. Tegen het gesignaleerde euvel zullen maatregelen worden genomen, voor zover althans de vrijheid en de veiligheid van het verkeer worden belemmerd. Vraag. Mejuffrouw KOPPELAAR vestigt de aandacht erop, dat de Korte Gampelstraat de laatste tijd verschillende malen is opgebroken voor de aanleg van rioleringen. Óp het ogenblik zijn er vele kuilen in het straatdek, zodat de straat onbegaanbaar is. Zij verzoekt de nodige maatregelen te nemen. Antwoord. De nodige maatregelen tot herstel van de Korte Gampel straat zijn genomen. Vraag. De heer SAMSON zegt in een van de vorige vergaderingen de aandacht gevestigd te hebben op het lawaai van het verkeer tijdens de plechtigheid op het Kloosterplein ter gelegenheid van St. Jorisdag. Ds. van den Rosch van de Christelijke padvinders is hierdoor volgens zijn eigen verklaring gehinderd tijdens gebed. Volgens het antwoord van Burgemeester en Wethouders zou de heer Janssen, commissaris van de Katholieke verkenners, hebben medegedeeld, dat geen noemenswaar dige stoornis was voorgevallen. Volgens Ds. van den Bosch was het la waai evenwel erger dan het vorige jaar. Hij verzoekt voor de toekomst tijdens deze plechtigheden het verkeer om te leggen. Antwoord. In de toekomst zal het verkeer, tijdens de door de heer Samson bedoelde plechtigheden worden omgelegd. Vraag. De heer SAMSON dankt Burgemeester en Wethouders voor de uitvoerige beantwoording van zijn vraag over de schoolmelkverstrek- king en vraagt of Burgemeester en Wethouders bereid zijn de Raad te informeren over de wijze van enquêteren. Voorts om het rapport van de directeur van de G.G. en G.D. en het rapport van de schoolartsen' dienst over de algemene gezondheidstoestand van de Bredase school gaande jeugd aan de Raad ter inzage te geven. Spreker is verheugd, dat Burgemeester en Wethouders principieel niet tegen de melkverstrekking op school zijn en hij vraagt of zij bereid zijn medewerking te verlenen indien op een of meer bijzondere scholen de meerderheid der ouders zich voor melkverstrekking uitspreekt. Antwoord. Aan de hoofden van de openbare lagere scholen is ge vraagd na te gaan of er aan deze scholen belangstelling bestond voor schoolmelkverstrekking aan de leerlingen. Via de leerlingen is door het onderwijzend personeel bij de ouders geïnformeerd. Volgens mededeling van de desbetreffende hoofden van scholen was de belangstelling bij de ouders voor de schoolmelkverstrekking gering. Voor wat betreft het rapport van de directeur van de gemeentelijke geneeskundige en gezondheidsdienst en het rapport van de schoolartsen- dienst over de algemene gezondheidstoestand der schoolgaande jeugd, wordt verwezen naar het jaarverslag 1955 van de gemeentelijke genees-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1957 | | pagina 178