13 AUGUSTUS 1957
183
tate qua beter weet hoe de motivering wel zou moeten luiden.
De heer BASTIAANSEN zegt, dat hij het niet beter behoeft te
weten, doch de motivering is niet juist.
Overeenkomstig het voorstel wordt besloten.
22. Kindertoelage en kindertoeslag Wethouders, Secretaris en
Ontvanger.
Overeenkomstig het voorstel wordt besloten.
23. Drinkwatervoorziening onrendabele gebieden Nieuw Ginneken.
De heer RATTINK merkt op, dat het nodige krediet nog beschik
baar moet worden gesteld. Had dit niet vooraf behoren te gebeuren?
De heer BRINKERHOF heeft met genoegen gelezen, dat de ge
meente Nieuw Ginneken ook de onrendabele gebieden van drinkwater
voorziet. De gemeente Breda heeft nog gebieden, waar geen drink
water, geen gas en geen elektriciteit aanwezig is.
Wethouder MEIJS wil de heer Brinkerhof antwoorden, dat in dit
verband moeilijk van gebieden kan worden gesproken. Hoogstens be
treft het incidentele gevallen en die doen zich ook in Nieuw-Ginneken
voor. Het gaat hier om aansluitingen, die nog op acceptabele condities
zijn te maken.
De VOORZITTER maakt deel uit van de provinciale commissie voor
drinkwatervoorziening. Het streekwaterleidingenplan voorziet in de
behoefte van onrendabele gebieden. Hierbij wordt een classificatie naar
de rentabiliteit in acht genomen en daarvan uitgaande ligt de voorzie
ning in Nieuw-Ginneken en Breda op gelijk pijl. De kapitaalslasten
worden door het waterleverende bedrijf geactiveerd en, voorzover de
subsidies daarin niet voorzien, betaalt Nieuw-Ginneken in de vorm van
een annuïteit terug.
Overeenkomstig het voorstel wordt besloten.
24. Bezoldigingsregeling Brandweer 1955.
Overeenkomstig het voorstel wordt besloten.
25. Wijziging kasgeldleningsbesluiten.
Wethouder MEIJS licht toe, dat dit besluit noodzakelijk is, omdat
kasgeldleningen moeten worden gesloten, waarvan het rentepercentage
uitgaat boven de nonn van 1 Vè °/o boven het promessedisconto van de
Nederlandse Bank. Het gaat hier om een tijdelijke maatregel.
Overeenkomstig het voorstel wordt besloten.
Rondvraag.
De heer BASTIAANSEN heeft geruime tijd geleden de vraag gesteld
of in verband met de investeringsbeperking een ranglijst moet worden
opgesteld, waaruit zou blijken welke werken moeten worden uitgesteld
of verschoven.