13 NOVEMBER 1957 273 3. Kan er een bepaald bedrag voor de overname genoemd worden, op basis waarvan burgemeester en wethouders zouden kunnen verder praten? Spreker is er bepaaldelijk niet voor om het voorstel terug te nemen. Hij zou liever een modus vivendi willen vinden, die het burgemeester en wethouders mogelijk maakt verder te gaan. Het bedrag, dat de raad eventueel toestaat moet evenwel zo zijn, dat de gemeente niet alleen als zakenman kan handelen en dat dus niet de liquidatiewaarde doch de concemwaarde van het park tot uitgangspunt wordt genomen. Dit is de raad ten opzichte van deze initiatiefnemer toch wel verschuldigd. De VOORZITTER zegt, dat men het over het principe van de over name wel eens blijkt te zijn. De heer TOXOPEUS merkt op, dat hij, omdat hij later is gekomen, niet aan de discussie heeft deelgenomen en derhalve als objectief waar nemer kan worden beschouwd. Spreker heeft zeker niet begrepen, dat de raad bereid is het voorstel van burgemeester en wethouders aan te nemen. Hij heeft met enige ver bazing zitten luisteren naar de wethouder, die met zoveel vuur voor een verloren zaak pleitte. Dit is wel meer gebeurd, maar hier achtte hij enige winst niet mogelijk, omdat het niet over een principiële kwestie gaat. Daarom stelt spreker voor, dat burgemeester en wethouders het voorstel terugnemen. Dit is het beste wat zij kunnen doen. De VOORZITTER meent, dat de raad wel bereid is tot overneming, doch dat het bezwaar alleen gericht is tegen de prijs. De heer TOXOPEUS antwoordt, dat er zodanige voorwaarden zijn gesteld, dat er op geen enkel punt overeenstemming is met het voorstel van burgemeester en wethouders. De VOORZITTER wil het voorstel dat de gemeente in principe tot aankoop overgaat in stemming brengen. Als dan de raad besluit niet te kopen, heeft het voor burgemeester en wethouders geen zin om nog met andere voorstellen te komen. Als de raad wel wil kopen, kunnen burgemeester en wethouders opnieuw onderhandelen. De heer RATTINK zegt, dat de raad dus nu moet beslissen om te kopen en dan in een volgende vergadering weer kan zeggen, dat de koop niet doorgaat. De VOORZITTER merkt op, dat de raad zou kunnen besluiten tot overname tegen taxatieprijs als de taxatie althans gunstiger uitvalt dan in de adviezen der deskundigen. De heer TOXOPEUS zegt, dat in de raad niet tot uiting is gekomen, dat men onder geen omstandigheden tot overname wil besluiten. De raad moet zelf vrijelijk kunnen beslissen en de voorwaarden goed kennen. De heer RATTINK zegt, dat het best kan zijn, dat hij voor overname is als de cijfers acceptabel zijn. Wethouder JONGBLOED merkt op, dat de voorzitter toch wel juist heeft gesteld, dat de raad nu in principe over de overname moet beslissen. Er komt een ogenblik, dat de exploitant niet meer vooruit kan. Dan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1957 | | pagina 273