296 11 DECEMBER 1957 De VOORZITTER heeft er goede nota van genomen, dat de heer Vermeulen gesteld heeft, dat de afdeling bedoeld heeft de raad te adviseren de onderhavige stukken nu niet in behandeling te nemen. Spreker moest afgaan op de hem ter beschikking staande notulen. Vast staat, dat er geen materieel advies is. Als raad moeten we het er over eens zijn wat de taak van de afdeling is. Artikel 41, le lid, van het regle ment van orde zegt het volgende: „De vaste afdelingen van de raad zijn belast me, het dienen van advies aan de raad ten aanzien van voorstellen, die vanwege burgemeester en wethouders aan de raad ter beslissing worden oorgel egd, tenzij deze voorstellen onderwerp van beraadslaging hebben uitgemaakt in een hetzij door de raad, hetzij door burgemeester en wethouders ingestelde com missie, waarin naast andere personen ook leden van de raad zitting hebben". In de toekomst zal de afdeling het tot haar taak moeten rekenen een materieel advies uit te brengen. Daarnaast is ïuimte voor een formeel advies, b.v. om de zaak uit te stellen. Maar de raad moet gelegenheid hebben om de zaak te behandelen. Spreker meent hiermede dit intermezzo voor gesloten te kunnen ver klaren. Wethouder ROMSOM meent dat het voorstoi inzake de subsidiëring van de werkinrichting voor imbecille meisjes moeilijk uitgesteld kan worden. De raad heeft zelf meermalen naar dit subsidie geïnformeerd. Het gaat om een zelfde subsidiebedrag als in 1957 werd geraamd. Wethouder STUBENROUCH zegt, dat het preadvies inzake het sub sidie aan het Zuidelijk Toneel werd vertraagd door het verlangen van burgemeester en wethouders allereerst de jaarstukken van het afgelopen jaar ter beschikking te hebben. Deze stukkeu werden laat ontvangen. Voorts is spreker het met de heer Van Boxtel eens, dat er met betrekking tot dit subsidie een afhankelijkheid is van gemeenten en provinciale staten over en weer. Provinciale staten zullen graag de uitspraak van de 5 grote gemeenten weten als zij een beslissing moeten gaan nemen. In twee gemeenten is er al een beslissing. Anderzijds is spreker gaarne bereid tot uitstel, al is het jammer, dat Breda halverwege het toneel seizoen nog geen beslissing heeft genomen. Mocht door dit uitstel de salariëring der artisten in gevaar komen, dan zal zonodig tussentijds nog een raadsbesluit moeten worden uitgelokt. De VOORZITTER stelt voor in de pauze de afdeling voor de subsidies te doen adviseren omtrent agendapunt 15. Dienovereenkomstig wordt besloten. Vervolgens stelt de VOORZITTER agendapunt 13 zelve aan de orde. De heer VAN DEN EEDEN is verheugd over de uiteenzetting inzake de zorg voor de minder-validen. Er is een onderscheid tussen hen, die lichamelijk minder valide zijn en degenen, die geestelijk minder valide zijn. Uit het stuk heeft spreker geconcludeerd, dat er bij het college grote zorg is voor deze hulpbehoevende mensen. Het gaat er om voor hen meer vreugde door arbeid te scheppen. Spreker betreurt het, dat de huis vesting van deze arbeiders zo slecht is. Vooral in het pand Oranjeboom straat is de toestand onhoudbaar. Spreker heeft ook elders werkplaatsen bezocht en hij moet zeggen, dat Breda wel de slechtste behuizing heeft. Hij zal dan ook blij zijn, als er enige mogelijkheid tot verbetering te bereiken is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1957 | | pagina 296