11 DECEMBER 1957
299
ders dan dezelfde persoon weer voor benoeming voordragen. Met be
trekking tot no. 2 van de aanbeveling hebben burgemeester en wethou
ders zich niet afgevraagd, of dit een raadslid moest zijn. De heer Klaver-
dijk heeft zich al meer tot het innemen van een dergelijke plaats op een
aanbeveling bereid verklaard.
De heer VERMEULEN zegt, dat in het preadvies van 1954 wel dui
delijk stond, dat een lid uit het midden van de raad moest worden be
noemd. Wethouder Jongbloed, destijds fractievoorzitter, betreurde het
toen, dat geen contact met de andere fracties had plaats gehad, doch
zijn fractie kon toen moeilijk meegaan met de door de heer Minderhoud
voorgedragen kandidaat, omdat het hier ging om een opvolging van een
raadslid uit sprekers fractie, die de gemeente verliet.
De heer TOXOPEUS merkt op, dat verandering van spijs doet eten.
Er is hier toch geen sprake van erfopvolging?
Wethouder STUBENROUCH zegt nog, dat gehandeld is naar analogie
van dergelijke voorstellen betreffende vaste afdelingen van de raad.
De VOORZITTER wil aan de gemaakte bedenkingen tegemoet komen
door voor te stellen, dat alsnog een kandidaat uit de raad aan de voor
dracht wordt toegevoegd.
De heer VERMEULEN meent, dat no. 2 van de aanbeveling zal
moeten worden geschrapt. Hij stelt de heer Rattink kandidaat. De heer
Minderhoud stelt de heer Kroon kandidaat.
De VOORZITTER deelt desgevraagd nog mede, dat het om een vrije
stemming gaat.
Na gehouden stemming blijken te zijn uitgebracht 30 geldige
stemmen, waarvan 20 op de heer Kroon, 9 op de heer Rattink
en 1 blanco.
24. Benoeming leraren aan de gem. technische school en de school
voor scheepswerktuigkundigen.
Overeenkomstig het voorstel wordt besloten.
25. Subsidie aan het Zuidelijk Toneel over het seizoen 1956/57.
Overeenkomstig het voorstel wordt besloten.
De heer Brinkerhof wenst aantekening te hebben tegenge
stemd.
26. Verhoging subsidie Zuidelijk Toneel.
Dit voorstel wordt aangehouden.
27. Benoeming voorzitter en vijf bestuursleden van de stichting
culturele werkgemeenschap Breda.
De heer VERHAAK stelt voor, mits de raad daarmede akkoord gaat,
al degenen die als no. 1 op de voordrachten zijn geplaatst, te benoemen.
Overeenkomstig dit voorstel wordt besloten.