36
13 FEBRUARI 1957
mogelijk bij het centrum van de stad te brengen. Met het verkeer zal dan
wel speciaal zijn bedoeld de autorijdende vreemdeling die men het zo
gemakkelijk mogelijk moet maken. Maar ik ben er nog geenszins van
overtuigd dat indien parkeerruimte elders moet worden gevonden dat
die vreemdeling dan niet zal komen. Zien wij b.v. eens naar het bezoek
van onze Belgische buren op Wapenstilstandsdag. Dan vindt men de
auto's tot op de Sluissingel. De vreemdeling die Breda wil bezoeken,
komt toch.
Mijnheer de Voorzitter. Voor mij blijft het nog een open vraag of bij
het steeds toenemende verkeer het motorische vervoer toch niet nog meer
uit het centrum zal moeten worden teruggedrongen. Intussen is de Haven
gedempt en een weg terug is er niet.
Bij demping gaat onbetwist de ruimtelijke verhouding verloren. Een
bepaalde harmonie wordt verstoord. Een grote vlakte komt voor de
Haven in de plaats en nu kan men wel trachten door beplanting de
verstoring van het evenwicht weg te nemen, maar zal dit echter niet
zeer gedeeltelijk zijn? Hier zou ik willen wijzen op de Prinsengracht te
's-Gravenhage.
De Haven is een rustig beeld in een drukke, steeds drukker wordende
en groeiende stad. Zo'n^pittig stadsbeeld heeft ook zijn waarde.
Mijnheer de Voorzitter. Naar mijn gevoel behoort de Haven zoals hij
is nu eenmaal onverbrekelijk tot Breda. Hij is medebepalend voor de
sfeer. Er is een zekere harmonie. Dempen van de Haven betekent iets
eigens, gegroeid in vele jaren, iets specifieks afnemen aan onze stad.
Aan het stadsschoon wordt ernstige afbreuk gedaan. Dempen geeft dan
ook een wezenlijk verlies.
Onze stad heeft helaas niet zo heel veel oud schoons meer. Veel is in
de loop der tijden reeds verloren gegaan. En ik meen dan ook, dat wij nu
uitermate zuinig, voorzichtig moeten zijn met hetgeen wij dan nog wel
bezitten.
De oudste geschiedenis van Breda gaat terug op de Haven en directe
omgeving. Een stuk historie zouden wij hier doen verdwijnen, opofferen
aan het moderne hedendaagse snelverkeer. Naar mijn mening mag deze
prijs niet worden betaald. Wij moeten oppassen dat wij niet langzaamaan
afbreken wat nog rest aan historische waarde.
Mijnheer de Voorzitter. Als ik hier nu min of meer spreek over res
pect, piëteit voor de historie, dan wil ik hierbij direct opmerken, dat
ik bij hen, die de Haven wel willen dempen, dat respect zeker ook aan
wezig acht. Zij zullen die factoren minder zwaar laten wegen.
Wat is belangrijker. Het oude stuk historie dat wij in de Haven en
zijn sfeer bezitten of de rijbanen met parkeerterrein? Naar mijn mening
is het eerste het belangrijkste.
In dit verband mag ik hier wijzen op de plannen van de gemeente
Nijmegen tot een zo groot mogelijke restauratie van het Valkhof; het
opsporen en weer blootleggen van zijn oude muren. Hier probeert men,
wat aan historische waarde verloren ging, nu weer zo goed mogelijk te
herstellen.
Mijnheer de Voorzitter. Dus niet dempen. Maar wat dan wel?
Naar mijn mening is in deze het probleem „parkeerruimte" het be
langrijkste. Die ruimte nu is er reeds gedeeltelijk aan de Markendaalse-
weg. Dit parkeerterrein zal zo nodig intensiever kunnen worden gebruikt.
En dan is er nog het parkeerterrein aan de Gasthuisvelden.
Ook de sluit;ng van de verkeersring is er.
Aan de ene zijde de Prinsenkade aan de andere de Haven.
Mijnheer de Voorzitter. Ik hoop dat het Uw College mogelijk zal zijn
om alsnog een zodanige oplossing te vinden waarbij niet tot demping
van de Haven behoeft te worden overgegaan. Dit doet mij er in eerste