148 17 JANUARI 1958 De heer VERMEULEN ziet toch wel bezwaren tegen het beperken van de spreektijd bij de behandeling van de begroting. Desnoods is hij bereid die beperking te accepteren. Hierna wordt besloten in tweede instantie de spreektijd te bekorten tot 3 minuten per spreker. De heer WEZENBEEK heeft het antwoord van de wethouder niet goed begrepen. De zweminrichting „Het Ei" behoeft niet een circu- latiebad te worden, doch sprekers bedoeling is de natuurlijke af voer van het water te helpen. Hij is de mening toegedaan, dat met deze zweminrichting nog vele jaren zal moeten worden gedaan. Een betegeling van het bad zou reeds een grote verbetering geven. De heer VAN BIJNEN merkt op, geen antwoord op zijn vraag te hebben gekregen. De heer RATTINK zegt, dat het momenteel toch zo is, dat een gewonde bij een verkeersongeval een kwartier op de straat ligt, al vorens de ambulance-auto arriveert. Dit geeft toch een onbehaaglijk gevoel voor iedereen. In de gemeente Leiden is het ambulancever voer ondergebracht bij de brandweer. De politie en de ambulance wagen zijn dan binnen 5 minuten ter plaatse. In Breda belt men eerst de politie, die dan ter plaatse komt en daarna de ambulance wagen. Dan komt hem de situatie in Leiden beter voor. Dr. Verhaak heeft gezegd, dat de ervaring met de garagehouder Van Oers niet slecht is. Spreker kan met de in Breda gevolgde regeling akkoord gaan, mits de organisatie zo is, dat de ambulancewagen a la minute op de plaats van het ongeval aanwezig is. De wethouder heeft geen onderzoek toegezegd, doch wel de toe zegging gedaan voor het houden van een gesprek. Spreker vraagt dit gesprek spoedig te doen houden in het belang van de gewonden bij straatongevallen. Het probleem van de verhuur van de zweminrichting „Het Ei" komt volgens het antwoord van burgemeester en wethouders op het centraal rapport bij afzonderlijk voorstel binnenkort aan de orde. Spreker merkt op, dat in verband met de door de heer Van den Eeden naar voren gebrachte tarieven voor grote gezinnen, hij reeds in de raadsvergadering van 11 mei 1955 een vraag hierover gesteld heeft. Hij heeft in deze vergadering verzocht te komen tot een spaar - zwemsysteem. Doch omdat het bad niet door de gemeente werd ge ëxploiteerd kon op zijn suggestie door burgemeester en wethouders niet worden ingegaan, want de huidige exploitant bleek niet bereid hieraan mede te werken. Spreker vraagt nog aandacht voor de door hem destijds gestelde vraag. De heer VAN BOXTEL heeft geen antwoord op zijn vraag, inzake de tijden van aankomst van de ambulancewagen op de plaats van het ongeval gekregen. Bij het subsidie aan de stichting schooltandver- zorging wil spreker erop attenderen, dat het gemeentelijk subsidie slechts 18.000,bedraagt. Dit bedrag staat in geen verhouding tot de enkele tonnen gelds, die hiermede gemoeid zijn. Het gemeentelijk subsidie wil slechts een prikkel zijn om deze werkzaamheden moge lijk te maken. De ziekenfondsen kost deze aangelegenheid grote sommen gelds. Spreker heeft dan principiële bezwaren, indien de gemeente de verzorging van de tanden van de schoolgaande jeugd in eigen hand zou nemen. Het bezwaar van de heer Kroon zou spre ker dan kunnen onderstrepen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1958 | | pagina 148