8 JANUARI 1958
17
grens de boerenstand een kwade dienst wordt bewezen. De minimum
grootte van 1 ha is gesteld om te voorkomen, dat vele burgers boer
zouden gaan spelen, alleen om zich tussen de boeren te kunnen nestelen.
De wettelijke termijn voor dit uitbreidingsplan verloopt op 2 februari
a.s. Indien voor deze datum geen raadsbesluit is genomen zal met de
gehele procedure opnieuw moeten worden begonnen. Dat het voorstel
zo laat aan de raad is voorgelegd, is veroorzaakt door het zeer grote
aantal bezwaarschriften nl. 306. Het doorwerken van deze bezwaarschrif
ten kostte zeer veel tijd.
Spreker is dankbaar voor de woorden van waardering door verschil
lende raadsleden uitgesproken. De woorden van de heer Toxopeus over
de vrijwillige samenwerking zijn hem uit het hart gegrepen. Hij dankt
de stedebouwkundige dienst, voor wie dit plan een zeer groot werk is
geweest.
Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten. De heren
Verschuren en Lauwerijssen wensen aantekening, dat zij tegen
het voorstel hebben gestemd.
2. Preadvies op het verzoek van mr. Baron Spevart van Woerden tot
vaststelling van het uitbreidingsplan in onderdelen Princenhage
sectie H no. 1589.
Mevrouw VAN MIERLO zegt:
Mijnheer de voorzitter,
In Uw preadvies betreffende een verzoek van mr. Baron Speyart van
Woerden tot vaststelling van een uitbreidingsplan in onderdelen van het
perceel gemeente Princenhage sectie H no. 1589, voor het overgrote deel
gelegen in het plan, in hoofdzaak met bestemming agrarisch gebied,
voor een klein deel in de bebouwde kom en waarvan een klein gedeelte
bestemd is voor straatmonding, zoals het volgens Uw preadvies is, ver
zoekt U aan de raad geen gevolg te geven aan adressants verzoek.
In het voormalig plan Princenhage betreffende perceel 1589 waren
vier straten gepland, volgens het bijgevoegde kaartje bij het verzoek van
adressant, hetgeen toch wel wijst op een plan voor woningbouw en niet
op een bestemming voor agrarische doeleinden.
In verband met het in bouwexploitatie brengen is door de eigenaren
reeds een ander perceel aan de pachter toegewezen met het oog op
bebouwing.
De gemeente Breda heeft in deze het aanzienlijk voordeel dat bij aan
koop aan de pachter geen bedrijfsschade zou behoeven te worden uit
gekeerd. Echter bij een niet in details uitgewerkt uitbreidingsplan en
slechts een verre toekomstige bebouwingsmogelijkheid zou een belang
rijke som op de grondprijs komen drukken. Ook de raad kan ambtshalve
besluiten tot een plan van bestemming in onderdelen ten aanzien van
percelen waar zulks niet is geschied, indien dit op grond van billijkheid
of op een belangrijk financieel voordeel van de gemeente berust.
Eveneens kan appelant zich wenden tot gedeputeerde staten, daar ook
zij de bevoegdheid bezitten dit te doen volgens artikel 36 sub 5, laatste
zin van de woningwet binnen een bepaalde termijn, nl. kunnen zij be
slissen dat de raad binnen een te bepalen termijn een plan aan zijn
goedkeuring moet onderwerpen, terwijl zij overeenkomstig art. 40, le lid
de macht hebben de tegenstand van de raad te overwinnen. Alvorens het
plan in details is vastgesteld, kan zelfs nu langs de rijksweg geen enkel
huis gebouwd worden.
De gemeente wil zich wel bereid verklaren het betreffende perceel
tegen taxatiewaarde aan te kopen. Wat zal echter de basis voor de taxatie
zijn? Taxatiewaarde van een door het uitbreidingsplan in waarde gedaald