260 16 APRIL 1958 zijn als de kansen zich aanbieden. Spreker kan zich wel voorstellen dat men zich afvraagt of het werk wel moet doorgaan als het niet als D.A.C.W. werk wordt uitgevoerd. Hij adviseert daarom het plan als D.A.C.W. werk te aanvaarden; eventueel kan het werk als gewoon werk opnieuw worden voorgedragen. De riolering van de Dr. Batenburglaan is echter wel urgent; deze bestaat thans uit een open riool op openbaar water. De opmerking van de heer Van den Eeden is juist. Over de toestand van het wegdek kan men van mening verschillen. Spreker acht deze niet best en acht verbetering noodzakelijk. De VOORZITTER zegt het jammer te vinden als de raad een be paalde beperking aan het plan zou verbinden. Burgemeester en wet houders verklaren er naar te streven dit plan als D.A.C.W. werk te doen uitvoeren. De riolering is dringend nodig ten behoeve van de aldaar gelegen woningen. Het achterwege laten van de wegverbetering schept een ander probleem, omdat het vrijkomende materiaal dringend nodig is voor bestratingswerken in de Krogten. Deze werken zouden vast kunnen lopen. De afdeling financiën werkt aan een investeringsplan en dit zal zodra mogelijk aan het seniorenconvent worden voorgelegd. Het is niet een voudig, niet alleen uit financieel opzicht, maar ook voor de technische diensten. Uit recente publikaties is bovendien gebleken, dat de minister van binnenlandse zaken op de begroting 1958 veel beperkingen heeft gelegd, die niet voorzien waren. Spreker zou het niet verstandig vinden als de raad de urgentie van dit plan alleen van financiële overwegingen zou laten afhangen. Er zal ernstig gepoogd worden om dit plan in D.A.C.W. verband te doen uitvoeren, maar het is niet gewenst de uitvoering daarvan af te laten hangen. De heer VERMEULEN meent, dat op een gegeven moment ergens een streep moet worden gezet. We zitten nu eenmaal met deze situatie. Spreker is bevreesd voor de redenering: de technische dienst ziet dit werk als urgent, dus laten we dit maar uitvoeren. Het coördinatiepunt van de financiële mogelijkheden ligt bij het college van burgemeester en wethouders. Waar blijven we? Spreker weet dat er geen middelen zijn. Gezien de toezeggingen van overleg in het seniorenconvent en de pogin gen om het plan als D.A.C.W. werk uit te voeren, wil spreker ditmaal nog wel over zijn bezwaren heen stappen. Met betrekking tot hetgeen de heer Van den Eeden heeft gezegd, meent spreker, dat het herleggen van de oude bestrating, nadat het riool is gelegd, niet zo duur zal zijn als de gehele vernieuwing der bestrating. Wellicht is dit iets ondoelmatiger, doch op meerdere plaatsen in Breda wordt zo gehandeld. De heer TOXOPEUS herinnert er aan, dat inderdaad bij de begroting al gevraagd is naar de planning op langere termijn. Wat de heer Van den Eeden gezegd heeft, is helemaal juist. Over de waarde van de vrijkomende materialen voor de Krogten wordt in het voorstel niet gesproken. Spreker weet niet of andere plannen achtergesteld worden door dit te doen. Hij wil daarom het verzoek van de heer Vermeulen steunen om zo gauw mogelijk met een investeringsplan te komen. Volgende maand zijn de raadsverkiezingen; het kan nuttig zijn te tonen, dat we zuinig zijn.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1958 | | pagina 260