11 JUNI 1958
331
korten van 1956 en 1957 worden gedekt door de gemeente. Spreker
is bang, dat dit gaat uitgroeien tot steeds grotere tekorten, die de
gemeente bij de thans gevolgde methode dekt door subsidie.
Hij stelt de vraag of de kruisverenigingen niet gedwongen kunnen
worden tijdig voor de aanvang van het verenigingsjaar een begro
ting in te zenden, opdat de raad aan de hand daarvan het subsidie
kan vaststellen.
De heer MENDES zegt, dat in het voorstel staat vermeld, dat het
financieel beleid van de beide kruisverenigingen redelijk genoemd
kan worden. Spreker zou gaarne van burgemeester en wethouders
vernemen wat onder redelijk wordt verstaan.
Wethouder STUBENROUCH geeft de heer Cosijn gelijk. In 1957
is overgegaan tot een subsidiëring van de beide kruisverenigingen
volgens een nieuw systeem. Dit systeem moet nog op zijn deugde
lijkheid getoetst worden. Wel is al gebleken, dat enige correcties
nodig zijn. Per 1 juli 1958 moet de gemeente echter het dienstjaar af
sluiten, zodat het noodzakelijk was in deze vergadering een aanvul
lend krediet op de begroting 1957 te ramen. Daarom zijn burgemees
ter en wethouders van mening, dat voor 1957 evenals voor 1956 tot
dekking van het nadelig saldo moet worden overgegaan. Spreker
deelt echter mede, dat zeer spoedig aan de raad een voorstel zal
worden gedaan waarin de subsidiëring van de kruisverenigingen
nader zal worden uitgewerkt.
De heer MENDES deelt spreker mede, dat het woord „redelijk"
betekent „behoorlijk goed".
Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten.
10. Aanleg kinderspeeltuin Vinkstraat, uitbreiding speeltuin
Overakkerplein en rolschaatsenbaan Doelen.
11. Ontslag Th. C. de Werd en benoeming mr. J. J. G. M. Walen
kamp als lid stichting Breda's Studiefonds.
12. Tegemoetkoming vervoerskosten ex artikel 126, juncto arti
kel 13 l.o.-wet 1920.
13. Voorschotten kleuterscholen ingevolge artikel 113 kleuter
onderwijswet voor 1958.
Overeenkomstig deze voorstellen en preadviezen wordt
besloten.
14.a en b. Verzoeken op grond van artikel 72 der l.o.-wet 1920.
14a. De heer RATTINK is van mening, dat de aanvraag niet de
gegevens bevat, die nodig zijn om tot een juiste beoordeling te
komen. Zo ontbreekt het advies van de Inspecteur van het lager
onderwijs. Hij gaat wel akkoord met dit voorstel, omdat de wethou
der in de vergadering van de onderwijsafdeling heeft toegezegd in
de volgende raadsvergadering met een nota te komen.
Hierna wordt overeenkomstig de voorstellen besloten.
15a. Benoeming mej. dra. E. J. M. Bruijning, lerares gemeen
telijk gymnasium.