11 JUNI 1958 333 De heer KROON heeft eveneens bezwaren tegen onderhandse aan bestedingen. Reeds meerdere malen heeft spreker hierop geatten deerd. In een van de laatste raadsvergaderingen hebben burgemeester en wethouders toegezegd in het vervolg zoveel mogelijk tot openbare aanbestedingen over te gaan. De thans optredende concurrentie in de bouwwereld kan alleen maar voordelen voor de gemeente op leveren. De heer MOL is echter van oordeel, dat het houden van openbare aanbestedingen niet altijd voordeel voor de gemeente zal opleveren. Het betreft bijvoorbeeld in dit geval een speciaal constructiesysteem, nl. het systeem Pannekoek. Met dit systeem heeft men ervaring nodig. De N.V. Albouw heeft met dit systeem de nodige ervaring opgedaan en zal dus het meest concurrerend kunnen inschrijven. Het voorstel van burgemeester en wethouders acht spreker de juiste en de meest voordelige oplossing voor de gemeente. De heer BASTIAANSEN deelt mede, dat hij geen aanhanger is van het systeem „onderhandse aanbesteding" in alle gevallen. Nu echter in dit voorstel sprake is van een speciale constructiemethode kan hij zich met dit voorstel verenigen. De heer MENDES voelt nog steeds niet aan welke bezwaren er kunnen bestaan tegen een prijsopgave van andere firma's. Wethouder JONGBLOED weet niet of de dienst van openbare werken contact heeft gehad met andere firma's, doch hij veronder stelt dat dit niet het geval is geweest. Inderdaad hebben burgemees ter en wethouders de toezegging gedaan in het vervolg zoveel moge lijk tot openbare aanbesteding over te gaan, doch de onderhandelin gen over dit project liepen reeds vóór deze toezegging. Indien tot openbare aanbesteding zou worden overgegaan dan is spreker er van overtuigd, kennende de usances in de bouwwereld, dat de aannemingssom hoger zou liggen, ook al zou de N.V. Albouw inschrijven. Spreker zegt toe, dat burgemeester en wethouders voor de toe komst in het algemeen zullen overgaan tot openbare aanbesteding, maar dat in speciale gevallen burgemeester en wethouders zich de bevoegdheid willen voorbehouden tot onderhandse aanbesteding over te gaan. Het is mogelijk dat onderhandse aanbesteding in het belang van het werk en de gemeente is. De heer VERMEULEN is van mening, dat het bij onderhandse aanbesteding mogelijk is een prijsopgave van 3 of 4 firma's te vragen. In het thans voorliggende voorstel moet de raad beslissen met een prijsopgave. De heer VAN BOXTEL acht de door de heer Vermeulen naar voren gebrachte het meest verkieslijk. Bij deze methode is het vrij gemakkelijk de bekende minder ®»kisse praktijken toe te passen. De heer BRINKERHOF zegt, dat men, afgezien van de vraag of tot openbare of onderhandse aanbesteding moet worden overgegaan, er van overtuigd kan zijn, dat de prijsopgave lager is dan de raming van de dienst van openbare werken. Spreker is van oordeel, dat bij openbare aanbesteding de prijzen hoger liggen dan toelaatbaar is volgens de regeringsvoorschriften.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1958 | | pagina 333