334 11 JUNI 1958 De heer TOXOPEUS deelt mede, dat hij in principe voorstander is van openbare aanbestedingen. In dit geval zijn er echter bepaalde redenen voor onderhandse aanbesteding. De heer Bliek en spreker zullen het voorstel van burgemeester en wethouders steunen. Wethouder JONGBLOED heeft in de beantwoording in eerste instantie laten uitkomen wat het standpunt van burgemeester en wethouders is. In dit geval is er met de aannemers een akkoord bereikt, waarbij mogelijk van de geoffreerde prijs iets is beknibbeld. Het betreft hier de bouw van een hal van gelijk type zoals er al een staat. Daarom is het vanzelfsprekend dat dezelfde firma's ook deze hal bouwen en het ook het goedkoopste kunnen doen. Spreker vraagt aan de raad zijn goedkeuring aan dit voorstel te geven. Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten. 17. Aanvullend krediet verbouwing v.m. oude mannenhuis. De heer VAN BOXTEL zegt geen bezwaar te hebben tegen een kredietverhoging met 30.000,- voor de verbouwing van het v.m. oude mannenhuis tot cultureel centrum. Spreker heeft zich echter wel afgevraagd waarom burgemeester en wethouders niet eerder bij de raad met dit voorstel zijn gekomen, De heer COSÏJN zegt, dat verbouwingskosten 30.000,meer hebben bedragen en dat volgens de in het voorstel opgenomen spe cificatie het honorarium van de architect 7.000,meer heeft belopen dan geraamd. Gaarne zou spreker hierover nader worden geïnformeerd. De heer MENDES wilde gaarne dezelfde vraag stellen als de heer Cosijn. Wethouder JONGBLOED zegt, dat burgemeester en wethouders ervan overtuigd zijn, dat het niet juist is, dat na het gereedkomen van het werk aan de raad een kredietverhoging wordt voorgesteld. Spreker is van oordeel, dat het tijdens de verbouw van het oude mannenhuis niet mogelijk was geweest met dit voorstel te komen, doch wellicht binnen een half jaar na het gereedkomen. Er zijn echter verschillende redenen voor dit late voorstel. Bij de verbouw van een dergelijk oud gebouw komt men regelmatig voor verras singen te staan, die men tevoren niet kan voorzien. Bovendien over leed de architect Eschauzier. De regeling van de opvolging door de zoon geschiedde vrij laat, zodat declaraties van reis- en verblijfkos ten eveneens laat werden ingezonden. Inderdaad had de dienst van openbare werken beter toezicht op dit krediet moeten houden. Het ligt in het voornemen van spreker de kredietbewaking op openbare werken onder het oog te nemen, opdat zo spoedig mogelijk over schrijding van kredieten wordt gemeld. Hij is van oordeel, dat in dit geval speciale omstandigheden een rol hebben gespeeld. Spreker is er van overtuigd, dat de raad blij is met het verkregen resultaat. Het culturele centrum mag er zijn. Door de architect is zeer veel heen en weer gereisd, waardoor hoogstwaarschijnlijk het honorarium boven het vastgestelde percen tage is gekomen. De heer TOXOPEUS zegt, dat de verhouding tussen de posten verbouwing en honorarium architect zoek is. De wethouder zegt,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1958 | | pagina 334