354 27 JUNI 1958 indertijd de 129 en 139 woningen voor een redelijke prijs konden worden gebouwd. Dit is twee of drie jaar geleden. Toen was er nog geen sprake van enig voordeel bij openbare aanbesteding. Van groot belang is, en dit geeft feitelijk de doorslag, dat in de gemeente binnen korte tijd deze 168 woningen kunnen worden gebouwd. Van Eijkelenburg doet zijn aanbod gestand tot 23 juli, omdat bij overschrijding van de termijn de uitvoering voor hem te duur wordt. Dat burgemeester en wethouders hier vóór de mast zitten, is wel te sterk uitgedrukt. Burge meester en wethouders zien hier een mogelijkheid om op korte termijn de woningen te produceren. Een contract met Van Eijkelenburg betref fende continubouw zou wel eens desastreus kunnen zijn. Het contract met Van Vliet en Van Duist is gelukt omdat hier de minister achter stond. Ten aanzien van de vraag van de heer Van Bijnen merkt spreker op, dat in het uitbreidingsplan op de plaats waar de 168 woningen zullen verrijzen, galerijwoningen van 200 m3 zijn geprojec teerd. Het uitbreidingsplan zegt niet of dit woningwetwoningen of andere woningen zullen zijn. De bouwondernemers weten echter wel, dat hier goedkopere woningen zijn geprojecteerd. De heer TOXOPEUS zegt, dat hij een motie wil voorstellen en ver zoekt daarom de voorzitter de vergadering een ogenblik te schorsen. De VOORZITTER schorst de vergadering. Na heropening wordt door de heer Toxopeus een motie op de tafel van de voorzitter gedeponeerd. De VOORZITTER verzoekt de secretaris deze motie voor te lezen. Zij luidt als volgt: Breda, 27 juni 1958 De raad, gehoord de beraadslagingen betreffende het voorstel van burgemeester en wethouders tot het stichten van een complex van 169 galerijwoningen, stuk no. 182; overwegende, dat hij bezwaar heeft tegen het andermaal door het college van burgemeester en wethouders voorstellen van onderhandse aanbestedingen; overwegende, dat openbare aanbestedingen de voorkeur verdienen boven onderhandse; nodigt het college van burgemeester en wethouders uit in den vervolge niet dan bij hoge uitzondering een voorstel tot onderhandse aanbesteding van woningwetwoningen te doen en gaat over tot de orde van de dag. get. E. Toxopeus A. Kroon F. Mol W. A. Bliek C. Loomans L. Lauwerijssen J. Vermeulen J. van Bijnen De VOORZITTER vraagt of aanneming van deze motie impliceert dat het voorstel van burgemeester en wethouders is aangenomen. De heer TOXOPEUS antwoordt, dat als de raad deze motie aanneemt, hij het voorstel van burgemeester en wethouders ook aanvaardt. De

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1958 | | pagina 354