16 JULI 1958 367 3. De verkoop van premie-woningen aan gegadigden-bewoners ontmoet vermoedelijk dan geen bezwaar, wanneer er een zodanig aantal koopkrachtige gegadigden is, dat de waarborg aanwezig is dat geen ontoelaatbare doorbreking van het complex plaats vindt. Vraag. De heer VAN GISBERGEN vraagt of burgemeester en wethouders kunnen mededelen wanneer met de bouw van de Bos- schebrug zal worden begonnen. Dagelijks gebeuren er ongelukken die tot op heden nog steeds goed zijn afgelopen. De bouw van een nieuwe bredere brug is dringend noodzakelijk. Antwoord. Wanneer met de bouw van de nieuwe Bosschebrug kan worden begonnen, is thans nog niet te zeggen. Van hogerhand zijn de benodigde goedkeuringen nog niet verkregen. Vraag. De heer TOXOPEUS zegt dat hem is medegedeeld, dat voor de versiering van de Brugstraten in verband met de Expo Brus sel precariorecht betaald moet worden. Spreker vraagt of bij alle straatversieringen dit recht moet worden betaald en vraagt of bur gemeester en wethouders het niet beter achten om dergelijke initia tieven van de burgerij niet te belasten. Antwoord. Het ligt niet in de bedoeling straatversieringen, aan gebracht bij bijzondere gebeurtenissen en die daardoor geacht kun nen worden van algemeen belang voor de gemeente te zijn, te belas ten met precariorecht. Voor de versiering van de Brugstraten in verband met de Expo Brussel zal geen aanslag in het precariorecht worden opgelegd. De aanvankelijke aanslag berustte op een mis verstand. Vraag. De heer VAN DEN EEDEN heeft bij de behandeling der begroting 1958 erop gewezen, dat in het Burg. van Sonsbeeckpark, waar alleen bomen en heesters staan, bloemen worden gemist. Enige opfleuring van het park acht hij wel nodig, mede omdat het park na het gereedkomen van de brugflat nog meer bezoekers zal ontvangen. Antwoord. De waardering van het al of niet aanwezig zijn van bloemen in een stadspark ligt geheel in de persoonlijke sfeer. Het Van Sonsbeeckpark leent zich naar onze mening niet voor perkbeplanting, waardoor overigens de onderhoudskosten aanzien lijk zouden oplopen. Er zijn in dit park in verhouding voldoende bloeiende heesters en bloesembomen aanwezig, doch deze hebben over het algemeen een korte bloeiperiode. Getracht zal dus worden op enkele daarvoor geëigende plaatsen tegen de heesterborders enige wat langer bloeiende vaste plantengroepen aan te brengen. 4. Onderzoek geloofsbrieven. De geloofsbrieven worden in handen gesteld van de commissie bestaande uit de heren Rattink, Kramers en Bliek. De heer RATTINK deelt mede, dat de commissie de geloofsbrieven in orde heeft bevonden en dat zij de raad adviseert de nieuw be noemde leden toe te laten. De raad besluit overeenkomstig dit advies. 5. Tarieven badhuis.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1958 | | pagina 367