16 JULI 1958 369 De heer VAN GISBERGEN gaat met het voorstel akkoord; als burgemeester en wethouders besluiten de nieuwe tarieven te publi ceren in de pers, acht spreker het gewenst daarin ook de vergelij king met de andere gemeenten op te nemen. Mevrouw VAN MIERLO sluit zich aan bij hetgeen de heer Nieuwlaat heeft gezegd. Met de heer Rattink voelt zij er voor de mogelijkheid te onderzoeken of het badhuis wat later open kan blijven. Wethouder JONGBLOED antwoordt, dat de raad in maart j.l. van mening was, dat er iets met de tarieven moest gebeuren. Er waren alleen bezwaren tegen bepaalde tarieven. Nu komen burgemeester en wethouders met een voorstel, waarin vooral t.a.v. de kinder baden met de bezwaren van de raad rekening is gehouden. De kuip baden voor kinderen zijn ook duurder geworden, omdat deze ook meer kosten. Er zijn niet zoveel kuipen en de gemeente legt op elk bad geld toe. De kinderen hebben voldoende gelegenheid om een stortbad te nemen. Het streven van de heer Van de Noort tegen elke tariefsverhoging is aanbevelenswaardig. Het rijk verhoogt zijn tarie ven echter ook. Dit ziet men aan de laatste verhoging van de tele foontarieven. Men moet proberen deze enigszins aan te passen aan de veranderde geldswaarde. Misschien is het wel waar, dat het bad huis hoofdzakelijk wordt bezocht door mensen met een smalle por- temonnaie, doch ook anderen maken er gebruik van. Het kan wel eens nagegaan worden uit welke omgeving de bezoekers vooral komen. De nieuwe tarieven zullen openbaar bekend worden ge maakt. Het lijkt spreker niet juist, indien hierbij ook de vergelij kende cijfers worden gepubliceerd. Dan denkt men onwillekeuriger aan zoiets als „Breda is toch voordeliger". De heer Van de Noort had al bezwaren tegen de vergelijking in het raadsvoorstel. De ver gelijking is alleen volledigheidshalve opgenomen. Spreker is ver schillende leden erkentelijk voor de waardering van het voorstel. Dat de wijziging door de heer Brinkerhof voorgesteld nu zo belang rijk is voor de gebruikers van het badhuis wil er bij spreker niet in. De regeling zoals ze nu wordt voorgesteld strekt vooral tot bevor dering van de stortbaden. Een langere openstelling van het badhuis, speciaal in de zomermaanden, is misschien wel mogelijk. Men zit dan echter weer met duurdere exploitatie door overuren van per soneel e.d.. De heer BRINKERHOF merkt op, dat het publiek dat het bad huis bezoekt nu niet bepaald rijk is. Spreker komt er elke week en heeft er nog nooit een auto zien staan, al is een auto dan ook niet altijd een teken van grote welstand. Hij handhaaft zijn bezwaren tegen de hogere tarieven voor kuipbaden en wil deze alle gesteld zien op 0,40 en een tienbadenkaart op 3,50. De heer VAN DE NOORT merkt op, dat hij niet gezegd heeft, dat er uitsluitend mensen uit de omgeving het badhuis bezoeken, doch wel, dat zij in hoofdzaak uit deze omgeving komen. Hij heeft geen bezwaar tegen een vergelijking met andere gemeenten, doch dan moeten alle factoren medegerekend worden. Spreker acht zich in dit geval een roepende in de woestijn, doch hij blijft bij zijn oorspron kelijk standpunt. De heer MENDES zegt, dat er de vorige maal ook leden van de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1958 | | pagina 369