408
AUGUSTUS 1958
subsidie regeling onder te brengen omdat de aard van het werk te
sterk uiteenloopt.
Vacantiekinderwerk - jeugdnatuurwacht - San Francisco Orkest -
volksmuziekschool is eenzijdig Jeugdwerk. Voor dit soort jeugdwerk
zullen aparte regelingen nodig zijn.
In een algemene jeugdsubsidie-regeling zou ik willen onderbren
gen de bonafide jeugdbeweging, de jeugdbeweging die landelijk-re-
gionaal-diocesaan zijn vertakkingen heeft en die bovendien de er
kenning heeft van Rijk, Provincie en naar ik hoop ook meer erken
ning zal krijgen van de gemeenten. De vrije jeugdbeweging die de
buitenschoolse veelzijdige vorming van jeugdigen van 8 tot 24 jaar
beoogt, waarbij de vorming in club en groepsverband geschiedt, die
een bepaalde methodiek heeft, zelfwerkzaamheid beoogt en door
gaans zelfbestuur heeft.
Deze jeugdbeweging die wij hebben bij de katholieke organisaties:
Gilde - Gidsen - verkennerij - K.A.J. - V.K.A.J., Jonge Boeren en
Boerinnen Jonge middenstand.
Bij de Prot. jeugdorg. dezelfde vertakkingen de A.J.C. de Pad
vinders stersorganisaties
zou ik willen onderbrengen in een algemene subsidieregeling. Een
subsidieregeling die nauwe aansluiting zoekt bij de rijksregeling die
voor deze organisaties in het leven is geroepen. Een rijksregeling die
niet door het Rijk is gedecreteerd, maar veel meer het resultaat is
geweest van de samenwerking van de landelijke jeugdorganisaties.
Een dergelijke regeling is naar mijn overtuiging in samenwerking
met de jeugdorganisaties hier ter stede vrij spoedig tot stand te
brengen.
In Uw voorstel zegt Uw College dat de landelijke regeling niet
beantwoordt aan de stedelijke behoeften. Ik zie niet in waarom
niet. Wat houdt die landelijke regeling in?
1. De organisaties die ik zo juist genoemd heb vallen allemaal
onder de landelijke regeling. Welk beletsel is er om deze organisaties
onder een gemeentelijke regeling te laten vallen
2. De grondslag en de berekening van het subsidie gebeurt op
basis van de exploitatielasten. Jarenlange ervaring hebben bewezen
dat deze subsidiëring althans voor jeugdorganisaties de beste vorm
is. Niemand wil meer terug naar subsidiëring naar ledencijfers.
Welk beletsel is er voor de gemeente om dit niet over te nemen?
Bovendien vind ik in dit kader ook juist dat het Rijk niet subsi
dieert bepaalde uitgaven zoals attenties, cadeaus, smulparteitjes
etc. Een dergelijke bepaling kan ook in een gemeentelijke subsidie
regeling worden opgenomen.
3. Wat subsidieert het Rijk en welke normen legt zij aan. In Uw
voorstel heeft U zelf al een antwoord op deze vraag gegeven.
U vindt dat het noodzakelijk is dat in de jeugdbeweging beroeps
krachten worden aangesteld. Het Rijk is ook die mening toegedaan en
primair worden de personeelslasten van deze vrijgestelde leiders en
leidsters gesubsidieerd. Rustig kan zulks dus in een gemeentelijke
subsidieregeling worden overgenomen.
U zegt verder dat het een belangrijke zaak is de kwestie van de
huisvesting. Dit ligt bij het Rijk precies hetzelfde. Een subsidienorm
te dien aanzien ware dus eveneens op te nemen.
Verder subsidieert het Rijk de leidersvorming en activiteiten. Nor
men voor deze subsidiëring zijn naar mijn mening evenzo op afdoen
de wijze te regelen in een gemeentelijke subsidieregeling.