15 OKTOBER 1958
475
ingevolge het reglement van orde het recht te bepalen in welke af
deling de behandeling van een zaak zal geschieden.
Tenslotte deelt spreker aan de heer Toxopeus mede, dat er ner
gens in de m.o.-wet is verboden, dat gemeenten subsidiëren.
Hierna wordt overeenkomstig het preadvies besloten.
18. Uitbreiding leerplan r.k. huishoudschool „Maria Assumpta"
met opleiding bejaardenhelpsters.
Mej. t' SAS heeft met belangstelling kennis genomen van het
voornemen van de r.k. huishoudschool „Maria Assumpta" om het
leerplan uit te breiden met een opleiding voor bejaardenhelpsters.
Zij hoopt dat naast de religieuzen vele jonge meisjes zich voor deze
opleiding zullen aanmelden. Bejaardenhelpsters zijn zeer dringend
nodig.
Hierna wordt overeenkomstig het preadvies besloten.
19. Verdeling toneelsubsidie 1957/1958.
De heer VERMEULEN zegt dat ook dit raadsvoorstel in de af
deling voor de subsidies is behandeld. Hij wil zich beroepen op de
voorzitter van de raad bij diens inleiding op de vergadering van de
Vereniging van Nederlandse Gemeenten. In deze inleiding kwam
naar voren dat een van de wensen in het vlak van de financiële ver
houding tussen rijk en gemeenten de objectivering van de normen
is. Ten aanzien van de uitkoopverenigingen zou van een analoog
geval gesproken kunnen worden. Er is op de begroting een bepaald
bedrag uitgetrokken. Dit laat toe, dat er een integrale vergoeding
der tekorten plaats vindt, zonder dat rekening gehouden wordt met
de hoogte van de bijdragen van de leden en de hoogte van het
entreegeld. Bij deze methode van subsidiëring mist spreker het
sociaal element.
In de vergadering van de afdeling voor de subsidies heeft spreker
reeds de vraag gesteld of men deze soort subsidiëring niet moet
wijzigen. Indien men tot een objectieve normuitkering overgaat,
weten de uitkoopverenigingen waar ze aan toe zijn. Vaststelling van
het subsidie achteraf, noemt spreker niet juist. Hij meent van de
wethouder begrepen te hebben, dat burgemeester en wethouders ge
neigd zijn om tot een normuitkering over te gaan. Doordat de wet
houder beloofd heeft deze wijze van subsidiëring te zullen bestude
ren, kan hij zich dit jaar nog met de verdeling van het subsidie ak
koord verklaren, doch voor het komende jaar zag hij gaarne, dat
de uitkeringen gebaseerd waren op objectieve normen.
De heer VAN BOXTEL dankt burgemeester en wethouders voor
de zeer gedetailleerde gegevens, die aan de leden van de afdeling
voor de subsidies zijn overgelegd. Dit heeft in de afdeling aanleiding
gegeven tot een zeer diepgaand gesprek. Spreker is van oordeel, dat
het stellen van objectieve normen vooral in Breda met zijn uit
koopverenigingen zeer moeilijk zal zijn. Het is niet zo, gelooft hij,
dat met het stellen van deze normen het ei van Columbus op tafel
wordt gelegd. Hij stelt er prijs op te verklaren, dat volgens zijn
mening deze objectieve normen kritisch benaderd moeten worden.
De heer VAN BIJNEN zegt dat bij de financiële verhouding tus
sen rijk en gemeenten behalve objectieve normen ook subjectieve