27 november 1958
Tegenwoordig: mevrouw Th. M. M. DE BONTE-DE MUNNIK,
mevrouw M. W. B. A. VAN MIERLO-MUTSAERS en de heren
A. C. B ASTIA AN SEN, mr. K. A. M. BASTIAANSEN, H. BIE-
MANS, H. BROEDERS, J. M. VAN BIJNEN, P. J. VAN CAULIL,
H. J. C. COSIJN, mr. B. W. M. DRION, C. A. VAN DUIJL, C. VAN
DEN EEDEN N. W. C. VAN GISBERGEN, K. VAN HOUTEN,
G. F. HULSKRAMER, A. JONGBLOED, J. J. KAMPHUYS, D. J.
A. KRAMERS, A. KROON, F. J. MELZER, A. MENDES, J. A.
MEIJS, G. MINDERHOUD, P. F. C. NIEUWLAAT, F. P. VAN DE
NOORT, J. H. M. QUADEKKER, A. J. A. RATTINK, A. P. ROM-
SOM, drs. G. C. STUBENROUCH, H. VAN TOLEDO, J. F. V.
VERMEULEN, J. VERSCHUREN.
Afwezig mejuffrouw D. M. J. t' SAS en de heren W. C. A. M.
VAN BOXTEL, G. CAMPHENS, F. H. M. MOL, mr. E. H. TOXO-
PEUS, drs. P. VIS en drs. N. H. ZIJTREGTOP.
Voorzitter: de heer mr. dr. C. N. M. KORTMANN.
Secretaris: de heer mr. Ph. I. E. VAN WOENSEL.
De VOORZITTER opent de vergadering en spreekt het gebed uit,
waarvan de tekst is opgenomen in artikel 10 van het reglement van
orde voor de vergaderingen van de gemeenteraad.
Bericht van verhindering is binnengekomen van: mejuffrouw D.
M. J. t' Sas en de heren W. C. A. M. van Boxtel, mr. E. H. Toxopeus,
drs. P. Vis en drs. N. H. Zijtrechtop.
De VOORZITTER zegt het volgende:
Dames en heren leden van de raad,
Een goed kenner van de geschiedenis van de Bredase raad en
van de verhoudingen in de raad heeft mij 14 dagen geleden gezegd,
dat het traditie is dat de eerste begrotingsbehandeling na de ver
kiezing van een nieuwe raad een weinig krijgshaftig karakter pleegt
te dragen. Hoewel ik allerminst vooruit durf te lopen op de komende
dagen zou ik willen constateren dat de algemene beschouwingen
een opvallend paisibel karakter dragen. Ik heb mij afgevraagd of
de oorzaak hiervan behalve in het politieke vlak ook gezocht moet
