566
27 NOVEMBER 1958
In eerste instantie heb ik gezegd dat de hoogte van de belasting
uitkering niet toevallig is, maar een gevolg van de vroegere politiek
van Breda, waarbij te weinig aandacht is geschonken aan de indus
trialisatie. In dit verband wordt gewezen op Eindhoven en Enschede.
Breda zit nu met een te lage uitkering.
Over een investeringsplafond kan men van mening verschillen.
Een centraal overheidsingrijpen als dit jaar heeft plaats gehad
moet kunnen worden vermeden. De gezamenlijke investeringen van
de gemeenten moeten afgestemd zijn op de mogelijkheden van de
kapitaalmarkt en de behoefte van het particuliere bedrijfsleven aan
investeringen. Dan is er de mogelijkheid voor de gemeenten om van
de ruimte op de kapitaalmarkt gebruik te maken en dan een lager
rentepercentage te bereiken. Dit zou een ontlasting van de ge
meenterekening betekenen.
Ten slotte zal ik het op prijs stellen van de heer Quadekker te
vernemen hoe zijn mening is over het verkiezingspamflet van zijn
partij, waarop gisteren in de algemene beschouwingen werd gedoeld.
Voor de persoonlijke verhoudingen in de raad is het goed te weten
hoe de heer Quadekker hierover denkt.
De heer MELZER zegt, dat het altijd moeilijk is als reserve mid
den in een wedstrijd een crack te vervangen, zeker is dat voor hem
als nieuw raadslid in dit debat het geval. Spreker is erkentelijk
voor hetgeen is toegezegd over het bevorderen van het contact tus
sen gemeentebestuur en burgerij. Ten aanzien van de viering van
de bevrijdingsdag is spreker sceptisch gestemd met dit soort
zaken is het in ons land niet zo best gesteld. In de ons omringende
landen ligt dit anders.
Wethouder Romsom heeft gewezen op de opvatting van minister
Klompé inzake de huisvesting van bejaarden. Spreker wijst er op
dat deze minister wel aandacht heeft gevraagd voor het zo lang
mogelijk zelfstandig doen wonen van de bejaarden.
In verband met hetgeen wethouder Stubenrouch heeft gezegd
over de delegatie van benoeming van leerkrachten verklaart spre
ker dat zijn fractie beoogde de tijdelijke benoemingen, welke aan
een vaste voorafgaan. Er is inderdaad een enorm tekort aan leer
krachten, zodat het moeilijk lijkt nu op wijziging in de delegatie aan
te dringen. Als er voldoende leerkrachten zijn wil sprekers fractie
over deze materie nog wel eens van gedachten wisselen. Overigens
kan hierover nog bij het hoofdstuk onderwijs worden gesproken.
De wethouder voor openbare werken heeft gesproken over de
vergoedingsregeling voor huurders van te ontruimen panden. Spre
ker zou toch wel gaarne, in afwachting van de wettelijke regeling,
een tijdelijke regeling door de gemeente zien getroffen. Wellicht
zou een commissie in dezen goede diensten kunnen bewijzen. De heer
Minderhoud heeft bij de algemene beschouwingen gezegd dat een
zetel van de P.v.d.A. naar de V.V.D. is verhuisd. Spreker betwijfelt
dit. Prof. Zijlstra moge hebben gezegd dat P.v.d.A. en V.V.D. naar
elkaar toe groeien, hier is dit niet het geval. Onze inspanning geldt
overigens in de eerste plaats de belangen van de Bredase burgers
en dan pas de politiek.
De heer MINDERHOUD komt terug op hetgeen de voorzitter
gezegd heeft over het contact tussen raadsleden en ambtenaren.
Spreker herinnert zich een uitspraak van jaren geleden toen ge
zegd is dat de raadsleden bij de rondvraag niet allerlei kleinigheden
aan de orde moesten stellen. Zij konden zich daarover beter recht-