28 NOVEMBER 1958
603
De heer VAN BOXTEL stemt in met het voorstel van de heer
Vermeulen.
De heer MELZER steunt het voorstel van de heer Vermeulen
eveneens. Hij is van mening, dat de commissie goed werk kan
verrichten.
Wethouder MEIJS is van mening, dat de heer Kramers bij zijn
opmerking over de verhoogde exploitatiekosten van de gemeente
lijke kredietbank geen. rekening heeft gehouden met de le wijziging
van de begroting 1959. Indien met deze wijziging rekening wordt
gehouden, komt men tot de conclusie, dat de salarissen lager zijn.
Spreker heeft met geen mogelijkheid het door de heer Kramers
genoemde verschil kunnen vinden. Spreker bespreekt hierna de
cijfers neergelegd in de le wijziging van de begroting 1959 van de
kredietbank.
Met de opmerking van de heer Kramers om alvorens de tarieven
te verhogen eerst de exploitatielasten te verlagen kan spreker zich
volkomen verenigen. Hij kan mededelen, dat dit reeds is gedaan en
maatregelen zijn genomen de exploitatielasten tot een minimum te
beperken.
De heer Kramers, zo zegt spreker, noemt de bank een sociale
instelling van de gemeente. Hij is ervan overtuigd, dat de heer
Kramers echter bedoeld heeft, dat de bank een instelling is van
de gemeente met een sociale inslag. Bij een sociale instelling zal
de behandeling van de kredietnemer op een andere wijze geschieden.
Dit neemt niet weg, dat ook op deze instelling met sociale inslag
wel degelijk een klein exploitatieverlies mag worden geleden.
De heer Kramers heeft als zijn oordeel uitgesproken dat aan de
uitgavenzijde van de exploitatierekening niet voldoende bespaard
is. Spreker zou dan gaarne positief de posten van de begroting
vernemen, waarop nog bezuinigd zou kunnen worden. Hij is er
echter van overtuigd het tegendeel te kunnen bewijzen.
De heer Mendes heeft gevraagd over het maken van reclame
voor de kredietbank. Spreker deelt mede, dat burgemeester en
wethouders niet van plan zijn acquisiteurs op pad te zenden ter aan
beveling van de bank. Andere particuliere banken doen dit wel,
doch hij is van mening, dat de reclame van de gemeente niet zo ver
moet gaan. Dit neemt echter niet weg, dat burgemeester en wet
houders momenteel niet afkerig zijn van een gepaste reclame voor
de bank en wel om meer dan één reden. Indertijd waren de aan
vragen zo groot, dat een topprestatie moest worden geleverd en
door dit groot aantal aanvragen een chaos in de administratie ont
stond. Bovendien was er destijds geen concurrentie. Men kon toen
de concurrentie zijn gang laten gaan. Nu de administratie geregeld
is en de verstrekking van leningen in dalende lijn is, is het toch wel
gewenst enige propaganda te gaan voeren. Het publiek moet op de
hoogte gebracht worden van het bestaan van deze gemeentelijke
instelling. Er zullen wellicht nog wel andere middelen voor het
maken van propaganda aanwezig zijn. Ook het financieringsinsti
tuut ,,De Baronie" kan zijn eigen maatregelen nemen. Het is spreker
bekend, dat dit instituut dit reeds gedaan heeft en dat ook ter
beperking van de kosten een bepaalde vergoeding voor de midden
stand heeft laten vallen.
Spreker heeft geen enkel bezwaar de destijds ingestelde com
missie ad hoe te doen herleven en de aangelegenheden van de bank
zal hij met genoegen met deze commissie bespreken. Indien de
voorzitter daartegen geen bezwaar heeft, zou hij de raad willen