28 NOVEMBER 1958
657
Volgno. 598. Kosten onderhoud en vernieuwing van kinderspeel
plaatsen.
Een van de politieke groeperingen, die hebben medegedaan aan de
verkiezing van de Bredase gemeenteraad in 1958, heeft in haar pro
paganda gesteld, dat er in onze stad tot dusverre nog niets was ge
daan aan voorzieningen ten behoeve van de kinderspeeltuinen en dat
het hoog tijd werd, dat er hierin verandering zou komen. En daar zou
deze politieke groepermg dan wel even voor zorgen. In het centraal
rapport is hierover een vraag gesteld, zodat Uw college in de ge
legenheid is gesteld mede te delen, wat er op dit terrein reeds tot
stand is gebracht. De opsomming op biz. 58 van Uw antwoord laat
duidelijk blijken, dat Uw college dit onderdeel van de jeugdzorg niet
heeft verwaarloosd. Met 27 kleme kinderspeelplaatsen, 4 grote speel
tuinen en 9 shotvelden is er al heel wat bereikt. En ik vertrouw, dat
Uw college ter zake diligent zal blijven, zoals trouwens ook uit Uw
antwoord blijkt. Misschien heeft die wonderlijke ring van plastic, de
hoela-hoep, Uw zorgen op dit gebied wat verlicht, maar ik vrees, dat
dit slechts van tijdelijke aard zal zijn en dat na deze rage de behoefte
aan kinderspeelplaatsen zich opnieuw zal doen gevoelen.
Volgnos. 600 c en d. Subsidies t.b.v. jeugdwerk en ruimtebiedende
gelegenheden.
Uw voorstellen ten behoeve van het jeugdwerk en de ruimtebie
dende gelegenheden zie ik met belangstelling tegemoet. Ik vertrouw
er daaroij op, dat in deze voorstellen ook met de belangen van min
derheidsgroeperingen in onze stad voldoende rekening zal worden
gehouden.
Volgno. 60öf. Subsidie jeugdnatuurvvacht, afdeling Breda.
Het verslag van de activiteiten van de jeugdnatuurwacht afd.
Breda heb ik met interesse gelezen. Ik waardeer dit werk ten zeerste
en hoop, dat het in de toekomst met kracht zal worden voortgezet.
Deze activiteiten zijn van veel belang voor onze stad en haar in
woners, zowel voor jong als oud.
Volgno. 608. Uitgaven t.z.v. lichamelijke opvoeding en sport buiten
schoolverband.
Indien ik het overzicht op blz. 59 van Uw antwoord met betrek
king tot de behoefte aan sportterreinen en het aanwezige en ge
plande areaal goed heb begrepen, dan is er in onze stad voor de
komende decennia van een blijvend tekort sprake. Een ieder, aan wie
de lichamelijke opvoeding en de sport van onze inwoners ter harte
gaat, moet deze situatie in hoge mate betreuren. Ik hoop echter, dat
Uw college al het mogelijke zal doen om dit tekort zo klein mogelijk
te doen zijn. De toegezegde sportnota wordt in dit verband door mij
met belangstelling tegemoet gezien. Het is jammer, dat in het
centraal rapport dit jaar verzuimd werd een verslag van de Sport
stichting ter inzage te vragen. Misschien kan dit verslag alsnog aan
de raad ter inzage worden verstrekt.
Mijnheer de voorzitter, ik ben hiermede aan het einde gekomen
van mijn beschouwingen over de culturele zaken van onze stad. Ik
ben er mij van bewust, dat ik hierin een kritischer en een pessimisti
scher geluid heb laten horen dan bij vorige gelegenheden. Het cultu
rele leven van onze goede stad ligt echter mijn fractie en mij zo na