De heer Quadekker acht het noodzakelijk dat meer cijfers bekend moeten zijn om terzake een oordeel te kunnen vormen. De heer Van den Eeden kan zich volledig aansluiten bij de heer Van Boxtel. Ook hij heeft terzake enige ervaring. De financieringsinstellingen berokkenen de mensen vaak grote moeilijkheden. Uiteraard is het enerzijds niet verantwoord de mensen tot afbetaling te stimuleren; anderzijds hebben mensen soms direct goederen nodig, met de aanschaffing waarvan zij niet kunnen wachten tot het geld ervoor gespaard is. Hij gelooft, dat de Bredase bevolking inderdaad niet voldoende op de hoogte is van het bestaan en de werkwijze van de gemeentelijke krediet- en voorschotbank. In bevestigend geval zouden zich zeker meer mensen tot de bank hebben gewend. De bank moet niet geliquideerd worden, maar wel op gepaste wijze ter kennis van de Bredase bevolking worden gebracht. De heer Broeders zegt, dat wettelijke maatregelen waken tegen de afbeta lingssystemen. Hij kan de woorden van de heer Van Boxtel volkomen onderschrij ven. Dan de bank niet zo'n belangstelling heeft wordt ook wel veroorzaakt door de middenstand. Deze werken liever met particuliere instellingen dan met de gemeente. Hij verzoekt met klem de medewerking van de middenstand in te roepen. Wethouder Mei .is zegt, dat het uiteraard beter zou zijn dat de mensen voor af sparen en dat hij liever geen afbetalingen zou zien.In de loop der jaren is echter gebleken, dat diverse mensen vlot bereid zijn achteraf te sparen, maar dit zeker niet vooraf kunnen doen. De bank is echter geen sociale instelling, zij heeft wel een sociale inslag. Er is een bespreking geweest met de commissie ad hoe. Zij heeft een momentopname gehad en een diagnose gesteld. De conclusie van de commissie was dezelfde als die van burgemeester en wethouders. Burge meester en wethouders meenden echter nog verder te moeten gaan. Tot goed be grip van zaken meent spreker nog te moeten opmerken, dat de gemeentelijke krediet- en voorschotbank en het financieringsinstituut "De Baronie" een sterke binding hebben. Dit is eertijds door de raad opgelegd. Het ligt in de bedoeling de voorgestelde gepaste reclame te doen uitgaan van het financieringsinstituut. Het is dus niet zoals de heer Toxopeus stelt, dat een gemeente-instelling zou gaan strijden tegen de particuliere instellingen. Er zal vooral bij de midden stand reclame gemaakt dienen te worden. Het financieringsinstituut is bij de middenstand niet zo in trek, omdat bij het financieringsinstituut de midden standers verplicht zijn 1 van de verkoop te betalen. Deze 1 schijnt voor vele middenstanders een bezwaar te zijn, omdat dit bij particuliere instel lingen niet betaald hoeft te worden. Het financieringsinstituut is nu bereid om de 1 te laten vervallen, waardoor het gelijk komt te liggen met andere instellingen. De bank heeft wel degelijk reden van bestaan. Wordt de bank op geheven dan worden de mensen gedwongen naar de particuliere instellingen te gaan. Het publiek rekent niet en de middenstand ook niet. Destijds werd door een middenstander het in rekening te brengen percentage ontkent. Spreker heeft hem toen aan de hand van een berekening moeten overtuigen. De mensen beginnen direct te betalen en laten zich volkomen door de middenstand leiden. Dat de bank en het financieringsinstituut sociale inslag hebben gekregen blijkt wel uit het feit, dat bij deze instellingen de afbetalingen soepeler kunnen worden geregeld. Als iemand redelijke motieven heeft voor uitstel van betaling dan wordt dit gegeven. Bij de particuliere instellingen ligt dit geheel anders. Wordt niet betaald, dan wordt het goed teruggehaald. Zoals de heer Van Boxtel heeft gezegd hebben de particuliere instellingen een intensievere werkings methode. Bij dezelfde soort gemeentelijke banken is echter vergelijkingsma teriaal opgevraagd, waaraan de nodige aandacht is geschonken. De renten van deze banken komen zo ongeveer alle op hetzelfde neer.Omtrent de verhoging van de tarieven kan spreker nog geen mededelingen doen. De voorzitter merkt op, dat in deze vergadering slechts informele medede lingen worden gedaan; er worden geen besluiten genomen. Omdat er over personen gesproken moest worden is deze besloten vergadering belegd. De zakelijke bespre kingen kunnen te zijner tijd worden gehouden als burgemeester en wethouders -3-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1958 | | pagina 700