80
15 JANUARI 1958
betalen, omdat zulks nu eenmaal een taak van de gemeente is.
Wat geldt voor de gymnastieklokalen, kan ook gezegd worden van
de verschillende sportterreinen, die men o zo graag in een goede toe
stand onderhouden wenst te zien door de gemeente, maar als het
aankomt op het betalen van huur overeenkomstig het bedrag dat
voor de aanleg is besteed, heeft men bezwaren.
Een ander punt, maar op hetzelfde neerkomend, is de subsidie
voor het Zuidelijk Toneel. De directie deed misschien maar beter
de raadsleden geen maandprograma's van hun uitvoeringen toe te
zenden, dan viel het misschien niet zo op, dat Breda in 1957 zo
stiefmoederlijk is bedeeld geworden. Is het nu inderdaad zo, dat
Breda moet gaan meebetalen om in de kleinere plaatsen van Noord-
Brabant het toneelleven wat op gang te houden? Op de speeldata-
lijst in januari 1958 komt Breda niet voor, maar wel worden van de
23 uitvoeringen in deze maand 15 buiten de provincie Noord-Brabant
gegeven.
Het was immers noodzakelijk, dat Noord-Brabant zijn eigen toneel
groep had! Best!, maar dan ook spelen in Brabant en niet 2/s der
uitvoeringen in één maand buiten de provincie. Als Breda dan
15.600,subsidie per jaar moet neertellen, heeft het ook recht op
speeldata. Van de 8 speeldata in Brabant krijgt Eindhoven er dan
nog 6. De grootste stad van Noord-Brabant zal dan ook wel een veel
hoger bedrag aan subsidie toekennen, maar het krijgt dan ook waar
voor zijn geld.
Vorig jaar heb ik het een en ander omtrent het Cultereel Centrum
,,De Beyerd' gezegd. Het overzicht dat U geeft over de verschillen
de evenementen en het aantal bezoekers, stemt mij wel tevreden.
Het verschil tussen de bedragen genoemd als inkomsten en die der
uitgaven is nog veel te groot, maar er is verbetering te zien in de
organisatie en werkwijze en dus wil ik afwachten wat 1958 zal op
leveren aan allerlei activiteiten.
Ik vertrouw dat het gebruik van het gebouw voor bijeenkomsten
en vergaderingen, niet nadelig werkt voor andere bezitters van ge
legenheden om vergaderingen te houden.
Van het Cultureel Centrum naar het Woningnoodbureau is maar
een straatlengte ver.
Gelukkig is het aantal woningzoekenden gedaald van 2948 tot
2623, dus in één jaar 325 minder. Er zal dus nog wat gebouwd moe
ten worden eer allen een eigen woning hebben kunnen betrekken.
Voor het vele werk, dat de directeur van het woningnoodbureau
met zijn personeel doet, om ieder te gerieven, heb ik bewondering.
Het steeds maar moeten aanhoren van klachten over moeilijke of
slechte behuizing, werkt niet opwekkend. Men kan nog beter arts
zijn, dan directeur van het woningnoodbureau, want de eerste heeft
tenminste nog zieke mensen te behandelen, die meestal nogal mee
gaand zijn, maar de tweede krijgt gezonden op zijn spreekuur en die
kunnen soms niet mals wezen.
In 1957 is een nieuw Reglement van orde voor de gemeenteraad
tot stand gekomen; waarvoor wij zeer erkentelijk zijn. De naam
raadcommissies is veranderd in afdelingen uit de raad. Blijkbaar
heeft die naamsverandering nog niet zo ingeslagen, want herhaal
delijk wordt de oude naam nog gebezigd, waaraan ik mij ook schul
dig maak. Op haar merites kan ik die naamsverandering dan ook nog
niet beoordelen. In ieder geval is de werkwijze in de afdelingen
dezelfde gebleven.
Het Seniorenconvent is slechts éénmaal op 19 juni bijeen geweest.
Weliswaar is er ook een vergadering belegd op 2 januari j.L, doch
deze datum was voor vakantiegangers zo slecht, dat ik persoonlijk
