16 januari 1 958
Tegenwoordig: Mevr. M. W. B. A. VAN MIERLO-MUTSAERS,
Mevr. E. M. SLOT-PLATTEL, Mej. J. P. KOPPELAAR, Mej. D. M.
J. t' SAS en de heren mr. K. A. M. B ASTIA AN SEN, W. A. BLIEK,
W. C. A. M. VAN BOXTEL, J. D .F. BRINKERHOF, J. M. VAN
BIJNEN, H. J. C. COSIJN, C. VAN DEN EEDEN, N. W. C. VAN
GISBERGEN, G. F. HULSKRAMER, A. JONGBLOED, J. J. KAMP-
HUYS, J. A. KOOLS, D. J. A. KRAMERS, A. KROON, L. P. LAU-
WERIJSSEN, A. MENDES, J. A. MEIJS, G. MINDERHOUD, F. H.
M. MOL, P. F. C. NIEUWLAAT, F. P. VAN DE NOORT, A. J. A.
RATTINK, A. P. ROMSOM, A. SPANJER, drs. G. C. STUBEN-
ROUCH, H. VAN TOLEDO, mr. E. H. TOXOPEUS, drs. O. G. E.
M. VERHAAK, J. F. V. VERMEULEN, J. VERSCHUREN, A. J.
WEZENBEEK.
Afwezig de heren G. J. KLOMPERS en C. W. LOOMANS.
Voorzitter: de heer mr. dr. C. N. M. KORTMANN.
Secretaris: de heer mr. Ph. I. E. VAN WOENSEL.
De VOORZITTER opent de vergadering en spreekt het gebed
uit, waarvan de tekst is opgenomen in artikel 10 van het Reglement
van orde voor de vergaderingen van de gemeenteraad.
Bericht van verhindering is binnengekomen van de heer G. J.
Klompers.
Hierna wordt overgegaan tot behandeling van de agenda.
De VOORZITTER zegt het volgende:
Dames en heren leden van de raad,
In een expressieve beeldspraak noemde een onzer raadsleden
ik meen de heer Minderhoud de behandeling der Bredase ge
meentebegroting een driedaagse veldtocht.
Welnu, in dit aardige beeld verder sprekend, kan ik vaststellen,
dat de strategie van deze driedaagse veldtocht de mij in het bijzon
der toevertrouwde legerafdeling tamelijk ongemoeid heeft gelaten.
Dit geeft mij de gelegenheid om dieper in te gaan op doel en
strekking van de gemeentebegroting volgens de wet en naar het
gebruik. Te gereder is daarvoor aanleiding nu wij staan aan het
einde van een vijfjarige zittingsperiode van de raad, samenvallend
met mijn eerste ambtsperiode als burgemeester van Breda.
Wat zou de begrotingsbehandeling moeten zijn:
een financieringsplan voor het komende jaar, in inkomsten en uit-