14 JANUARI 1959 5 Hendrik nbrengen ;ld kruis- in auto's leve van ig op te 'orden? d, vormt ïttrokken ir college men, die namens ge voor- :teur van elangrijk, imers dit dat wij objecten, >nze stad Gelukkig lan zoals oplossing voor dit en speel- n water- atie-oord realisatie woorden nbad een [aat naar neiging ichtingen >uw, met d en het adviseurs men aan De heer VAN BOXTEL wil de uitgesproken complimenten gaarne ondersteunen. Kan de belangstelling van dit project niet worden gewekt, door de maquette van het plan b.v. in de Beijerd op te stellen en hiervan in de pers mededeling te doen aan het publiek? De heer MOL heeft alle lof voor het object. Bij spreker is echter de vraag gerezen of aan de aandacht van de ontwerpers is ontschoten de schuilgelegenheid. Spreker heeft verzuimd hierover in de afdeling voor openbare werken vragen te stellen. Bij goed zomerweer zullen er gemak kelijk 10.000 bezoekers aan het bad zijn. Is er voor zoveel mensen vol doende schuilgelegenheid bij plotseling opkomend onweer b.v..' In het paviljoen is niet veel gelegenheid. Er is wel een kiosk op het terras, doch deze is onvoldoende als schuilplaats. De heer VAN HOUTEN zegt, dat ook zijn fractie met genoegen kennis heeft genomen van het plan. Hiermede wordt de recreatiemogelijkheid in Breda belangrijk uitgebreid. Ook in zijn fractie zijn vragen gerezen over de kosten van de adviseurs. Worden de werken, voor zover niet uitgevoerd in d.a.c.w.-verband, in het openbaar aanbesteed? De heer KROON sluit zich gaarne aan bij de lof door vorige sprekers gebracht. Na goedkeuring door gedeputeerde staten van het krediet zal tot spoedige realisatie moeten worden overgegaan. Spreker wil graag een enkele opmerking maken. In het complex staat nog de oude villa, welk gebouw buiten dit plan is gehouden. Hebben burgemeester en wet houders al een idee, wat er met dit gebouw gaat gebeuren? Onlangs is er een aanvraag geweest om het te bestemmen tot vormingscentrum van protestantse militairen. Hebben burgemeester en wethouders al een plan? De heer VAN BIJNEN merkt op, dat op bladzijde 2 van het preadvies sprake is van „8 stortbaden". Naar sprekers mening moet dit zijn „8 start banen". De heer MELZER zegt, dat er, indien hij goed is ingelicht, een circulaire is van de vereniging van Nederlandse gemeenten over richtlijnen bij de aanleg van zwembaden. Kan de raad een exemplaar hiervan krijgen? Wethouder STUBENROUCH antwoordt, dat burgemeester en wet houders ook verheugd zijn met dit project. Hiermede wordt op het stuk der recreatie belangrijk op de achterstand ingelopen. De vreugde van burgemeester en wethouders is des te groter, nu de raad in deze belang rijke zaak gaarne blijkt te willen medewerken. De heer Kamphuis slaat de spijker op de kop, indien hij zegt, dat ramingen de neiging hebben om uit te dijen. Het is echter ook mogelijk dat deze omlaag kunnen gaan. De ramingen zijn slechts een streefbedrag. De heer Kamphuis vindt 324.000,aan de hoge kant. Spreker merkt echter op, dat hiermede een gebouw wordt gezet van 7200 m3 inhoud, hetgeen neerkomt op een prijs van 45,— per m3, hetgeen belangrijk minder is dan de m3-prijs bij woningen. Bij deze raming is het hoogste bedrag genomen, dat even tueel nodig kan zijn. Men krijgt hiermede een sober gebouw, doch een goede kleedgelegenheid. Naar alle waarschijnlijkheid is de raming te hoog. Spreker hoopt, dat de heer Kamphuis zich met het ontwerp kan verenigen. De heer Hulskramer hoopt op een spoedige realisatie. Spreker vestigt er echter de aandacht op, dat tevoren een 15-tal instanties moet adviseren, die zeker niet zullen afgaan op het oordeel van raad, burgemeester en wethouders of openbare werken. Het verkrijgen van deze advie2en brengt veel werk mede en vele ervan kosten veel geld. Het bedrag ad 60.000, is dan ook niet te hoog. Spreker is van mening, dat burgemeester en wet-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1959 | | pagina 5