15 APRIL 1959 115 Bij brief van 12 juni 1958 van de stedelijke raad voor het katholiek lager onderwijs in de stad Breda is ons medegedeeld, dat deze raad had besloten, de z.g. grote vakantie voor de r.k. lagere scholen voor 1959 vast te stellen op de maand augustus. Zoals wij U in ons antwoord d.d. 4 februari 1959 reeds hebben mede gedeeld, hebben wij in de lesroosters van het cursusjaar 1958/1959 van de openbare lagere scholen de maand augustus als zomervakantie opgenomen, omdat het grootste gedeelte van de bijzondere lagere scholen in deze gemeente de zomervakantie voor 1959 hebben vastgesteld op de maand augustus, hetgeen moge blijken uit bovenaangehaald schrijven van de r.k. schoolraad. Aangezien de r.k. lagere scholen 85 uitmaken van het totaal aantal Bredase lagere scholen hebben wij ons voor wat betreft de openbare lagere scholen aan het besluit van de r.k. schoolraad geconformeerd, omdat het ons gewenst voorkomt, dat alle lagere scholen in een stad dezelfde zomervakantie hebben. Het staat overigens zeer te bezien, of het vaststellen van de zomer vakantie met één week vervroeging ten bate van de hotels- en vakantie verblijven en de vakantiegangers zou komen aangezien het bekend is, dat het hoogtepunt der vakanties ligt in de laatste week van juli en de eerste en tweede week van augustus. Vraag: De heer VAN CAULIL vraagt hoe burgemeester en wethouders de tarieven denken toe te passen van de belastingverordening op vermake lijkheden voor het gebruik van mechanische muziek en t.v.-toestellen in Horecabedrijven. Indien spreker de verordening goed gelezen heeft is dit tarief bi] een oppervlakte van minder dan 50 m2 voor het le toestel 3,—, voor het 2e toestel ƒ2,voor het 3e en 4e toestel ƒ1,per maand. Bij een grotere zaaloppervlakte dan 50 m2 wordt dit tarief verdubbeld. Indien nu door een grotere zaaloppervlakte een 2e toestel geplaatst wordt is men verschuldigd voor het le toestel 6,— en voor het 2e toestel 4, dus in totaal 10,— per maand. Spreker vraagt aan burgemeester en wethouders of zij maatregelen hebben genomen de in deze berekening schuilende onbillijkheid weg te nemen. Antwoord: Het in deze vraag bedoeld tarief, afnemend bij een toenemend aantal toestellen, werd ter vervanging van een vastrechtheffing per toestel vast gesteld door de gemeenteraad in zijn vergadering van 9 mei 1956. Hier door werd tegemoet gekomen aan bezwaren te zware druk der belas ting bij vastrechtheffing per toestel van de zijde van de Horecabedrijven. Een algemeen aanvaarde grondslag voor de heffing dezer vermakelijk heidsbelasting is de oppervlakte der lokaliteit. In het voorstel tot vaststelling van het degressief tarief werd opgemerkt, dat het onderscheid maken in de belasting voor het hebben van één, dan wel van twee of meer toestellen niet onbillijk lijkt, omdat aanschaffing van verschillende vermaakmedia bandrecorder, iuke-box, televisie in dezelfde zaak, geschiedt met de bedoeling hierdoor meer publiek te trekken en het rendement van het bedrijf te verhogen. Vraagt De heer KROON komt terug op de aanbestedingskosten van de brug in de Krogten. Liever had hij dit bij het desbetreffende agendapunt gedaan. Op de door spreker te stellen vraag, hadden burgemeester en wethouders dan direct antwoord kunnen geven. Hij dankt voor het antwoord van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1959 | | pagina 115