194
17 JUNI 1959
lijk beoordeeld moet worden en wat het zwaarst weegt de doorslag moet
geven.
Wat weegt in dit geval het zwaarste? Spreker is van oordeel, dat het
bedrijf van Beenhakkers aan de Poolseweg moet kunnen doorgaan. Spreker
vraagt zich af wie eventueel toe moet geven: de gemeente of de keurings
dienst voor waren. Hij is van oordeel dat de keuringsdienst krijgt wat
ze beoogt en dat de gemeente toegeeft. Spreker kan niet met het preadvies
instemmen.
De heer KROON is dankbaar voor het uitvoerige preadvies van burge
meester en wethouders. Hij kan zich volkomen verenigen met de heer
Kramers. Wanneer hier aan de reclamant de vergunning geweigerd wordt,
dan wordt de man brodeloos gemaakt, omdat het bakken hem onmogelijk
wordt gemaakt. De bouwverordening geeft een uitwijkmogelijkheid. In het
preadvies staat vermeld dat vroeger wel voor soortgelijke bebouwingen
vergunning is verleend en dat in de omgeving van betrokkene meer van
dergelijke bebouwingen vooi komen, daarom ziet spreker niet in waarom in
dit geval de vergunning moet worden geweigerd.
Hij is van oordeel dat hier het belang van reclamant het zwaarst moet
wegen. Hij stelt voor ae bouwvergunning te verlenen.
De heer QUADEKKER kan zich volkomen met de vorige sprekers ver
enigen en vraagt of dit in de afdeling voor openbare werken is besproken.
De heer VAN HOUTEN is het eveneens met de vorige sprekers eens
en is van mening, dat de dode letter van de bouwverordening niet moet
gaan boven het levensbelang van reclamant.
De heer VAN BOXTEL is voor toekenning van een ontheffing van
de bouwverordening mits geen belangen van derden worden geschaad.
Mevrouw VAN MIERLO zegt, dat de warenkeuringsdienst de bakkerij
heeft afgekeurd, omdat deze niet voldoet aan de eisen betreffende licht,
lucht en oppervlakte. Betrokkene zal dus een nieuwe bakkerij moeten
bouwen.
Spreekster is voor het verlenen van een ontheffing van de bouwver
ordening.
Wethouder JONGBLOED zegt, dat zeven raadsleden een standpunt
hebben ingenomen dat afwijkt van het standpunt van burgemeester en
wethouders. Ieder college geeft zijn eigen verantwoordelijkheid, daarom
heeft spreker behoefte aan een nadere motivering van het standpunt van
burgemeester en wethouders.
Hij noemt het een spitsvondigheid, dat iedereen heeft gesproken over
een ontheffing ingevolge artikel 31, 3e lid, der bouwverordening, doch
hij merkt op dat artikel 25 der bouwverordening geen beroep op een
beslissing van burgemeester en wethouders kent. Dit is een lacune in de
bouwverordening en zal gewijzigd moeten worden.
Voor burgemeester en wethouders is het moeilijk van de verordening
af te wijken in verband met de consequenties.
Inderdaad is de toestand in de bakkerij van Beenhakkers onhoudbaar. De
keuringsdienst voor waren heeft grote bezwaren. Hij kan zich niet voor
stellen, dat 20 jaar geleden de eisen van een bakkerij lichter waren, doch
hij kan de keuringsdienst niet de schuld geven. Spreker zoekt echter deze
oplossing.
Reclamant heeft destijds pand no. 59 bij een publieke veiling gekocht.
Indien hij deze woning onttrekt als woonruimte kan hij de woning ver
bouwen overeenkomstig de bepalingen van de bouwverordening. Been
hakkers heeft een paar jaar geleden een huis gekocht aan het Mgr.