374 27 OKTOBER 1959 rouch, al moeten wij erkennen dat hun verdwijnen uit ons midden tot gevolg heeft een verlies van personen uit ons midden die kwalitatief hoog moeten worden aangeslagen. De wijze waarop de fractievoorzitters hebben gesproken kunnen wij niet anders betitelen dan zeer sympathiek, waarbij volledig begrip is betoond voor de vele problemen, voornamelijk de financiële, waarmede het college van burgemeester en wethouders te kampen heeft. Al is er wel kritiek geweest dan is die toch bij een ieder opbouwend geweest en deze vorm van kritiek is alleszins te aanvaarden en zelfs te waarderen. Met betrekking tot het politiebureau kan worden medegedeeld dat bouwvolume in beginsel in het le kwartaal van 1960 beschikbaar zal komen. Aan bestek en tekeningen wordt druk gewerkt en deze zullen ultimo 1959 klaar zijn. Verder dient dan nog door gedeputeerde staten de financiering te worden goedgekeurd, maar wij hebben reden, om aan te nemen dat dit geen onoverkomelijk bezwaar zal opleveren. Terreinen voor nieuw stadhuis en schouwburg zijn vrijwel volledig in handen van de gemeente en de aankopen tot realisering van het binnenstadsplan vinden regelmatig plaats. Jeugdbaldadigheid is er altijd geweest en zal er ook wel altijd blijven. Nu kan misschien wel gezegd worden, dat de jeugdbaldadigheid in de laatste tijd een meer opvallend karakter heeft door het gezamenlijk optreden. Het heeft iets weg van een tijdsverschijnsel dat wel weer zal verdwijnen. Het is, gezien de politierapporten, zeker niet zo dat de jeugd baldadigheid hier geweldige vormen heeft aangenomen. De politie kan niet alles zien is gezegd en daarmede ben ik het natuurlijk eens, maar het politietoezicht is behoorlijk en zeker gezien de beperkte getalssterkte. De heer Vermeulen heeft bezwaar gemaakt tegen het ter sprake brengen door andere fractievoorzitters van vraagstukken die beter op haar plaats zouden zijn bij de betreffende hoofdstukken. Het kan waar zijn, maar dan moet dit maar geregeld worden door de fractievoorzitters onderling, want als voorzitter kan ik bezwaarlijk diri gistisch optreden ten opzichte van dit probleem, omdat ik meen dat de raad volledig de vrijheid moet hebben ten aanzien van de algemene beschouwingen. Ik hoop alleen dat, wanneer de fractievoorzitters hieromtrent overeen stemming bereiken, zij niet vaststellen, dat de algemene beschouwingen over financiën moeten worden gehouden bij de leningsdienst, omdat ik dan de nacht erover slapen zou kunnen missen. Er is gezegd dat de subsidies een uiteenzetting te zien geven die niet meer te volgen is. Burgemeester en wethouders zijn het met deze opmerking niet eens. Het vorig jaar is de raad een volledig overzicht gegeven van de verleende subsidies, terwijl ook thans de subsidies aan het einde van het desbetreffend hoofdstuk op opvallende wijze zijn opgenomen. Ook is voorgesteld commissies met raadsleden uit te breiden. Onze mening is zo, dat het voor bepaalde commissies niet gewenst zou zijn indien er raadsleden in opgenomen zouden worden. De raad is in het algemeen al sterk vertegenwoordigd in commissies. Het voert te ver dat in iedere commissie, stichting of vereniging die met gemeentegelden werkt, raadsleden zitting zouden hebben. Over het contact van de raad met de burgerij is in het verleden in de raad reeds meermalen van gedachten gewisseld. Het college heeft zich in deze laten informeren hoe het gaat in andere gemeenten. In de ene gemeente werkt het aardig, in de andere gemeente werkt het echter niet. Toch hebben wij de zaak wel in gedachten en wij zullen zien of wij te zijner tijd met een idee kunnen komen; het moet echter op, specta culaire wijze gebeuren, hetgeen veel geld kost, terwijl van te voren niet

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1959 | | pagina 374