378 27 OKTOBER 1959 Controle gemeenterekening. Zoals wij in ons antwoord op het centraal rapport reeds hebben gezegd, hebben wij geen bezwaar tegen de benoeming van de leden van de commissie tot onderzoek van de gemeenterekening voor de gehele zittingsduur van de raad zonder de taak van deze commissie overigens te wijzigen. Wij zullen gaarne vernemen hoe de heer Vermeulen zich voorstelt op dit punt het contact met de andere fracties te realiseren. Financiële consequenties saneringsplannen. Wij zeggen de raad toe dat over de financiële consequenties van de saneringsplannen t.z.t. een gedachtenwisseling kan plaats vinden, waarbij onzerzijds aan de mogelijkheden van rijksbijdragen aandacht zal worden geschonken. De heer Melzer spreekt zijn verontrusting uit over de aantasting van de reserves in deze tijd van hoogconjunctuur. Ik meen te begrijpen dat de heer Melzer doelt op de beschikking over de saldi-reserve, doch deze is juist bestemd om tekorten te kunnen opvangen. Wij spreken de hoop uit dat op deze wijze een overbrugging kan worden gevonden voor de huidige moeilijkheden, waarbij juist in de overgangsperiode Breda niet achter of verder achter mag geraken. De voorstellen van de commissie Oud m.b.t. de wegen-financiering beoogden uitgaafpieken op dit onderdeel van het budget te voorkomen. De ontworpen regeling van de commissie Oud zou echter voor Breda geen spectaculaire winsten opleveren. De regeling was meer bedoeld om een oplossing te brengen voor de uitgestrekte plattelandsgemeenten. Wij erkennen de onbillijkheid dat de gemeenten geen aandeel ont vangen in de motorrijtuigenbelasting, zolang het rijk geen behoorlijke financiële bijdrage-regeling heeft getroffen voor verkeerssaneringen in de steden. Onzes inziens treft de Vereniging van Nederlandsche Gemeenten geen verwijt als gesproken wordt over de onbevredigende gang van zaken bij de oplossing van het probleem van de financiële verhouding rijk gemeenten. Op dit punt ontplooit de vereniging zelfs grote activiteiten. Het is voor de Vereniging ook wel erg moeilijk het ieder naar de zin te maken. Ook hier geldt: zoveel hoofden zoveel zinnen, hetgeen kernachtig tot uitdrukking kwam tijdens een congres waarop de nieuwe financiële ver houding ter sprake kwam toen een van de congres-leden na het aanhoren van alle pro- en contra-argumenten tot de conclusie kwam „dat de ontworpen regeling voor de financiële verhouding ontoereikend was voor Amsterdam en Tietjerksteradeel". Zeer tot onze spijt konden over de personeelskosten niet meer gegevens worden verstrekt dan is geschied. De vraag of er efficiënt gewerkt wordt is van gróter omvang. Op het gebied van efficiëncy en organisatie gebeurt hetgeen nodig is. Voor een algemeen efficiëncy rapport van het gehele apparaat kunnen wij geen grote verwachtingen hebben. Wij achten het nuttiger op de ingeslagen weg voort te gaan en alleen daar een onderzoek te doen instellen bij dat onderdeel van het apparaat waar daaraan behoefte bestaat, terwijl daarnaast de organisatie-deskundige ons college dienstig kan zijn. Verplaatsing van de markt. Naar aanleiding van het betoog van de heer Minderhoud over de verplaatsing van de markt moeten wij stellen dat wij in beginsel vast houden aan de Grote Markt als marktplaats. De bezwaren hieraan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1959 | | pagina 378