27 OKTOBER 1959
403
mogelijk via een rapport dat een gezonde basis vormt voor bespreking.
Spreker heeft met genoegen kennis genomen van de verdediging van
het beleid van burgemeester en wethouders door de heer Vermeulen ten
opzichte van de heer Van Bijnen met betrekking tot de bekostiging der
bejaardentehuizen. Het gaat er om binnen de sfeer van het modern
maatschappelijk werk goede vormen te zoeken voor deze hulpverlening.
De heer Vermeulen heeft meerdere gegevens gevraagd met betrekking
tot de werkplaats voor minder-validen. Het is jammer dat de heer Ver
meulen zijn verzoek niet meer heeft geconcretiseerd. Zoals de vraag nu is
gesteld moet spreker het antwoord schuldig blijven. Hetgeen spreker over
deze zaak heeft medegedeeld was zuiver informatief bedoeld. Voor de
raadsvergadering van november of december is een desbetreffend voor
stel te verwachten. Zolang de zaak niet is afgerond is het niet doelmatig
aan de raad reeds gegevens te verschaffen, terwijl er nog geen definitief
besluit bij burgemeester en wethouders is gevallen.
Spreker heeft tenslotte met genoegen van de heer Vermeulen vernomen
dat deze geen bezwaar heeft tegen toepassing van de meritrating in de
sfeer van de praktische toepassing van Breda.
De heer VERMEULEN heeft naar aanleiding van de discussie over een
commissie voor controle van de gemeenterekening een concept-besluit
geformuleerd. Alle fractievoorzitters hebben zich daarmede kunnen ver
enigen. De tekst luidt als volgt:
De raad, gehoord de discussie naar aanleiding van de algemene
beschouwingen inzake de begroting 1960,
van oordeel dat door een meer effectieve controle op de ge
meenterekening, het nuttig kan zijn de daarbij tot dusverre gevolgde
methode, waarbij elk jaar een commissie moet worden benoemd
voor de controle van de rekening, welke dan aan de orde is, om
te zetten in een vaste afdeling van de raad voor de duur van een
zittingsperiode, belast met controle op de rekening,
besluit tot het instellen van deze vaste afdeling over te gaan,
en gaat over tot de orde van de dag.
De VOORZITTER is bereid dit voorstel over te nemen.
De heer MENDES wijst er op dat een en ander in het reglement van
orde zal moeten worden opgenomen.
De heer VAN HOUTEN meende dat overeengekomen was dat in de
commissie een lid uit iedere fractie zitting zal hebben. Dit staat niet in
het voorstel.
De heer VERMEULEN acht dit niet nodig. Dit is een kwestie van
gentlemens' agreement.
De VOORZITTER stelt vervolgens aan de orde de begroting van
het elektriciteitsbedrijf.
De heer KRAMERS heeft uit de memorie van antwoord gelezen dat
burgemeester en wethouders niet kunnen inzien dat de begroting 1960
een sterk gedeflatteerd beeld vertoont. Spreker kan niet ontkomen aan
de indruk dat burgemeester en wethouders toch wel zeer sterk voorzichtig
zijn geweest. De begroting beziende heeft spreker de indruk dat nu niet
bepaald met dezelfde maten is gemeten. Aan de uitgavenzijde is er in
het algemeen een behoorlijke stijging; de raming van de baten vertoont
hier en daar een zeer kleine stijging en zelfs dalingen. Spreker vraagt
zich af of met name niet een grotere stijging in de stroomverkoop is te