28 OKTOBER 1959 423 reeds lang bestaande pleinen. Ik denk hierbij b.v. aan het stationsplein' Het wil mij voorkomen dat het aanzien van de stad hier alleen maar mee kan winnen. Mevrouw DE BONTE zegt het volgende: Gaarne beaam ik hetgeen mejuffrouw t'Sas zojuist heeft gezegd. Uit uw antwoord op het centraal rapport is mij gebleken, dat uw college niet tevreden is over de losse bloembakken. Nu valt er over smaak niet te twisten, maar persoonlijk ben ik van mening, dat, tenzij materiaal en vorm van bakken en de beplanting goed zijn, deze bakken toch wel een aardige versiering in de stad vormen. Met uw college ben ik van mening, dat op grote pleinen de grote vaste bakken het beter zouden doen. Wan neer echter verder gegaan wordt met de vervanging van de lelijke plompe bakken door de meer sierlijke, die op sommige punten reeds geplaatst zijn, dan zou ik deze losse bakken toch graag in de stad gehandhaafd zien. Ook in andere steden blijken deze bakken goed te voldoen. Wel zal voor een fleurige beplanting gezorgd moeten worden. Misschien is het mogelijk om reeds vroeg in het voorjaar met narcissen en korte tulpen te werken. Wat betreft het vrijgeven van gazons voor de jeugd heeft ons uw nota nog niet bereikt. Het zou echter aanbeveling verdienen, dat reeds in de volgende zomer gelegenheid geboden wordt tot gebruik van de gazons, in de eerste plaats in de nabijheid van flats. Ik wil erop wijzen, dat een stad, hoe mooi ook, niet alleen kijkgroen mag hebben. Er zal ook verder moeten worden gegaan met het verwijderen van de draden en de paaltjes langs de gazons, daar deze ontsierend werken. In zijn geheel ziet de stad er, wat de beplantingen betreft, zeer verzorgd uit en kan ze aan vele andere steden ten voorbeeld worden gesteld. Het doet ook steeds prettig aan, dat in de nieuwe wijken reeds zo spoedig wat groen te zien is, waardoor ook deze wijken bijdragen tot het verzorgde aanzien dat onze stad biedt. Tenslotte een woord van dank aan de dienst van beplantingen, die zelfs in deze droge zomer de plantsoenen nog fleurig wist te houden. Mevrouw VAN MIERLO dankt de wethouder en de dienst van beplan tingen voor de belangstelling in de jeugdnatuurwacht. Het verslag van het afgelopen jaar is thans verschenen. Hieruit blijkt dat de jeugdnatuurwacht steeds groeit. Vorig jaar werden er b.v. 800 kerststukken gemaakt. Vorige maand is er een biologiecursus begonnen voor toekomstige leiders. De heer MENDES heeft na al deze woorden van dank een enkel woord van kritiek. Het betreft hier de platte wagentjes, welke voor het vervoer van afval worden gebruikt. Deze hebben een diepte van twee decimeter. Dit is onvoldoende om de afval van enige uren werk in te bergen. Als de afval 1 meter hoog is opgestapeld en het waait wat, dan vliegt alles wat er aan de ene zijde wordt opgeladen er aan de andere kant weer af. Het verdient aanbeveling aan de wagentjes zij schotten aan te brengen. De heer VAN TOLEDO zegt: Voor de kleine kinderen van de bewoners van flatwoningen is het gewenst, dat in de omgeving van de flats zandbakken worden geplaatst, waarin zij kunnen spelen. Hierdoor wordt voorkomen, dat zij gaan spelen, waar het minder gewenst is. Bovendien blijven zij in de zandbakken in de omgeving van hun woning, hetgeen voor het toezicht van de moeders erg prettig is. Wethouder JONGBLOED accepteert gaarne de lof, welke aan de dienst van beplantingen is gebracht. Hij zal deze aan de dienst over-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1959 | | pagina 423