30 OKTOBER 1959 501 spreker niet ingaan. Deze zijn juist. Maar cijfers zijn in dit geval niet de juiste maatstaf voor de berekening. Men kan hier niet rekenen met een bedrag per bezoeker. Spreker wijst erop dat bij het Brabants Orkest in het beginstadium dezelfde moeilijkheden waren als bij het Zuidelijk Toneel. Men is toen begonnen de jeugd erin te betrekken en thans worden de concerten van het Brabants Orkest gekenmerkt door de vele jeugdige bezoekers. Men zou in het westen van het land gaarne zien dat het gehele plan met het Zuidelijk Toneel getorpedeerd werd. Inderdaad is het zo, zoals de heer Mendes reeds heeft betoogd, dat de kleine gemeenten rekenen op de grote gemeenten. Het is spreker bekend dat een der bestuursleden van het Zuidelijk Toneel momenteel het gehele gebied bezoekt teneinde de kleine gemeenten te bewerken. Spreker moet toegeven dat deze activiteit wat laat komt, doch hij is blij dat men met deze activiteit is gestart. Het is hem tevens bekend, dat dit bestuurslid praktisch elke dag op pad is. De cijfers van de Culturele Werkgemeenschap over het seizoen 1958/ 1959 zijn burgemeester en wethouders gepasseerd en zullen binnenkort voor de raadsleden (er inzage worden gelegd. Spreker is de heer Mendes dankbaar voor de steun die hij van hem gekregen heeft in de aanval die door andere raadsleden werd gepleegd op het cultureel centrum. De adviescommissie voor de aankoop van kunstwerken bestaat uit de directeur van het cultureel centrum ,,De Beyerd", de directeur van de academie voor beeldende kunsten „St. Joost", de heer De Bruyn van openbare werken en enige staffunctionarissen der gemeentesecretarie. De heer Mendes heeft dank gebracht aan degenen, die hun vrije tijd steken in de activiteiten van de culturele werkgemeenschap, de Jeugd- natuurwacht en de gemeentelijke sportstichting. Spreker valt de heer Mendes bij. Hij is in de gelegenheid geweest de mensen bij hun werkzaam heden te volgen en hij heeft de indruk dat zij veel voor het algemeen belang in de gemeente Breda doen. Hij acht het passend hen dank te brengen. Het op de begroting van het cultureel centrum voorkomende bedrag ad 15.000,zal zo zonder meer niet worden besteed. Dit is ook niet gebeurd bij de aankoop van het tapijt van Lurgat. Hij moet dit bestrijden omdat hij ervan overtuigd is dat er een apart voorstel aan de raad is geweest voor de aankoop hiervan. Hij brengt in herinnering, dat deze aankoop niet is doorgegaan omdat burgemeester en wethouders wensten dat het originele tapijt in Breda zou hangen en het bleek dat aan een andere Nederlandse gemeente eenzelfde tapijt reeds was verkocht. De heer Vis heeft ook opgemerkt dat de functie van directeur van de gemeentelijke sportstichting is aangekondigd als gemeentelijk inspecteur voor de lichamelijke opvoeding en sport. Dit is inderdaad verwarrend. De functie is bedoeld als coördinerend. Deze functionaris moet verstand van deze zaken hebben en burgemeester en wethouders van advies kunnen dienen. Het wordt geen aparte hoofdambtenaar, doch ambtenaar in de formatie van de afdeling onderwijs en subsidiezaken ter gemeentesecretarie met een leidende functie in de gemeentelijke sportstichting. Hij zal bepaalde fouten in het beleid moeten kunnen aangeven en zal ook coördinerend moeten kunnen werken bij de sportverenigingen in de gemeente. Spreker hoopt dat het tekort aan sportvelden in de gemeente zal zijn ingehaald als het complex aan het einde van het Brabantpark gereed zal zijn. Dat het subsidie voor de jeugdleden van sportverenigingen op 1, is vastgesteld, is geschied op advies van de gemeentelijke sportstichting. Het was een greep met de eigenlijke bedoeling om een inzicht te krijgen, welke verenigingen iets en welke verenigingen niets deden voor hun jeugdleden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1959 | | pagina 501