11 NOVEMBER 1959
523
speelgelegenheid voor kleuters moet en kan worden gemaakt, zal nog nader
worden bezien.
Vraag:
De heer VERSCHUREN herinnert er aan, dat vorig jaar is besloten
tot aanleg van straatverlichting langs de Leursebaan. Ook is toegezegd,
dat een lichtpunt zou worden geplaatst in de Hilbergsedreef, waar deze
uitmondt op de Rijsbergseweg, dit in verband met de gevaarlijke ver
keerssituatie. Spreker vraagt wanneer de genoemde werkzaamheden zullen
worden uitgevoerd.
Antwoord:
le. De Leursebaan is vanaf de Lariksstraat tot aan de Zuilenstraat
elektrisch verlicht. Een besluit tot verlichten van een groter gedeelte van
deze weg is niet bekend. Te zijner tijd zal worden bezien voor welke
onverlichte wegen nog voorstellen zijn uit te werken waarbij zal worden na
gegaan of hierin ook een deel van de Leursebaan kan worden opgenomen.
2e. Op de Hilbergsedreef nabij de Rijsbergseweg zal binnenkort een
lichtpunt worden aangebracht.
Vraag:
De heer KRAMERS merkt op, dat het verkeer op de Ginnekenweg
moeilijkheden ondervindt van de nieuwe maatregelen die er zijn genomen.
Aan de ene zijde is er een verbod om te parkeren, terwijl voor de andere
kant een stopverbod is afgekondigd. Dit geeft een onmogelijkheid voor
de zakenmensen, wonende aan de linkerzijde van de weg komende van
de stad, om voor de deur te laden en te lossen. Op deze drukke verkeers
weg moeten thans de auto's aan de rechterzijde gelost worden; dit met
gevaar voor de mensen die de goederen over de verkeersweg moeten
dragen. Er is wel politie-assistentie mogelijk, maar het verkeer wordt
daardoor echter stilgelegd en geeft verkeersopstoppingen. De vroegere
regeling zou ongedaan zijn gemaakt, omdat des avonds de verkeersborden
zouden moeten worden omgedraaid; nu behoeft dit niet meer. Spreker
gelooft dat dit voordeel niet opweegt tegenover het nadeel dat de bewoners
en het verkeer ondervinden. Hij vraagt deze aangelegenheid nog eens
te bezien en na te gaan of de oude toestand kan worden hersteld.
Antwoord:
De moeilijkheden, welke de bewoners van de Ginnekenweg thans
ondervinden van de nieuwe verkeersmaatregelen, hebben in mindere mate
ook gegolden vóór de invoering van het permanent stopverbod.
Deze nieuwe verkeersmaatregel is genomen omdat veelvuldig in de
ochtenduren aan beide zijden van de straat wagens geparkeerd stonden,
waarvan het doorgaand verkeer ernstige hinder placht te ondervinden.
Wij zijn vooralsnog van oordeel, dat uit verkeerstechnisch oogpunt de
huidige situatie aantrekkelijker is dan de oude.
Vraag:
De heer VAN DUIJL vestigt de aandacht erop, dat de vijver in het
Brabantpark is drooggevallen. Indien de vijver dieper zou zijn aangelegd
zou deze thans niet droogstaan; het is een vergaarbak van insecten en
vuil, terwijl de kinderen er een speelgelegenheid van maken. Spreker
zou gaarne zien, dat de vijver dieper zou worden gemaakt.
Antwoord:
Het droogvallen van de vijver behoeft niet te zijn veroorzaakt door
een te geringe diepte. Ten behoeve van de omlegging van een gedeelte