11 NOVEMBER 1959
531
nele groep van de bevolking, die door het Groene Kruis wordt vertegen
woordigd. Deze uitlating is spreker niet duidelijk.
Wethouder VAN BOXTEL zegt blij te zijn met de nadere formulering
die de heer Zijtregtop gegeven heeft. Hieruit blijkt dat het voorstel bij een
overgroot deel van de raad instemming heeft gevonden.
De heer Quadekker, zo zegt spreker, heeft naar zijn mening het accent
van zijn betoog verlegd. Hij heeft niet gezegd omdat de goedkeuringen
reeds verkregen zijn moet dit plan bevorderd worden", doch „het plan is
er en er wordt aandrang uitgeoefend en bovendien zijn de goedkeuringen
reeds verkregen". Spreker is van mening dat het accent dan anders ligt.
De heer Van Houten heeft de vraag in eerste instantie gesteld of het
nu nog mogelijk zou zijn een plan te realiseren waarbij het samengaan van
de kruisverenigingen met een ruimtebiedende gelegenheid werd bewerk
stelligd. Dit is door burgemeester en wethouders bekeken en dit was niet
te realiseren. De werkingssfeer van Het Groene Kruis ligt volgens spreker
in de protestants-christelijke sfeer.
De heer MELZER heeft bezwaar tegen voorstellen van burgemeester
en wethouders, die expresselijk onduidelijk zijn.
Hierna wordt overeenkomstig het voor
stel besloten.
14. Bouw nieuwe werkplaats voor minder-validen.
15. Verhuur panden Pasbaan aan Dr. Johannes Kardinaal de Jong-
stichting.
De heer VAN DEN EEDEN heeft met grote belangstelling het voorstel
tot het bouwen van een nieuwe werkplaats gelezen. Deze zaak is reeds
diverse malen in de vergaderingen van de raad aan de orde geweest
en spreker meende, dat de gemeente met de aankoop en de verbouwing
van de panden aan de Pasbaan een heel eind op de goede weg was om
aan de onhoudbare toestand van de huisvesting van de werkplaats een
einde te maken.
De werkplaats „Zonneschijn" is thans op drie plaatsen ondergebracht,
nl. aan de Markkade, aan de Oranjeboomstraat en in een gedeelte van
de garage aan de Boschstraat. De tewerkgestelden op deze werkplaats
hebben met groot verlangen uitgekeken naar de nieuwe werkplaats. Zij
hebben de ontwikkeling gevolgd en gezien dat de verbouwing binnenkort
geheel gereed zou zijn. Het spreekt vanzelf dat deze mensen nu wel erg
teleurgesteld zijn, temeer omdat de huidige huisvesting met een winter
voor de boeg onhoudbaar is. Nu het pand Pasbaan gereed is. vraagt
spreker zich af of het niet mogelijk is de werkp.laats „Zonneschijn" daarin
tijdelijk onder te brengen. Hij juicht het voorstel van burgemeester en
wethouders toe, doch hij vindt het zeer jammer, dat de huidige toestand
wederom een jaar bestendigd blijft. Spreker doet de suggestie desnoods
alleen die mensen van de werkplaats in de hal Pasbaan onder te brengen,
die thans in de garage Boschstraat zijn gehuisvest, tenzij de huisvesting
van de Kardinaal de Jongstichting nog slechter is dan die van de werk
plaats „Zonneschijn". Het wordt dan voor burgemeester en wethouders
een kwestie van wikken en wegen, doch spreker benadrukt nogmaals dat
hij het zeer betreurt dat de tewerkgestelden op de werkplaats „Zonne
schijn" nog een jaar op behoorlijke huisvesting moeten wachten.
De heer VAN HOUTEN heeft in het voorstel van burgemeester en
wethouders, geagendeerd onder no. 14, gelezen dat de Industrie N.V. te
Breda vermoedelijk bereid zal zijn zijn medewerking te verlenen bij de