11 NOVEMBER 1959 533 zijds betreurt hij het dat het bouwen van een industriehal voor betere huisvesting van de werkplaats nog een jaar in beslag zal nemen. Het is hem opgevallen dat het bouwen van een industriehal voor een nieuwe industrie slechts 3 maanden in beslag neemt. Spreker vraagt of de bouw van deze hal ook bespoedigd kan worden. De heer RATTINK heeft in het voorstel van burgemeester en wet houders gelezen dat de totale verbouwingskosten van het pand Pasbaan 80.000,hebben gekost. Destijds resteerde uit de verkregen financierings middelen 40.000,voor de verbouwing. Nu deze verbouwing thans geheel gereed is, vraagt spreker zich af uit welke middelen de resterende 40.000,— zijn gefinancierd. De heer VERMEULEN zegt in de vergadering van de afdeling voor de subsidies bezwaar te hebben gemaakt tegen de bepaling, gesteld in het voorstel van burgemeester en wethouders no. 15 van de agenda, onder a, waarbij de voorwaarden voor verhuur van de panden Pasbaan zullen worden vastgesteld door burgemeester en wethouders. Spreker is van mening dat het vaststellen van deze voorwaarden een zaak van de raad is. Wethouder VAN BOXTEL is evenals het gehele college van mening dat de huidige huisvesting van de werkplaats voor minder-validen „Zonne schijn" onhoudbaar is. Hij kan daarom ook de teleurstelling van de tewerk- gestelden begrijpen nu deze situatie nog een jaar gehandhaafd zal moeten blijven. De oplossing die thans wordt voorgesteld, is rijpelijk overwogen. Het cijfer van 175 mensen, die voor plaatsing in aanmerking komen, kan als volkomen juist worden aangemerkt. Indien men hiervan uitgaande, berekent dat er thans nog een even groot aantal mensen thuis zitten als er tewerkgesteld zijn, dan zou een verhuizing naar het gebouw Pas baan nog niet de oplossing geven. Deze mensen zouden dan wederom niet geplaatst kunnen worden wegens plaatsgebrek. De situatie zou dan ontstaan dat wederom een dependance voor 100 man zou moeten worden opgericht, waarna wederom eenzelfde situatie als de huidige zou ontstaan. Spreker is ervan overtuigd dat de huidige huisvesting moeilijk is. Onhoudbaar acht hij een te groot woord. Met de verschillende sprekers is hij van mening dat zo snel mogelijk deze huisvesting verbeterd moet worden. Ondanks de eensgezindheid van burgemeester en wethouders en raad kunnen burgemeester en wethouders niet anders voorstellen, dan zoals dit na rijp beraad is geschied. Ten aanzien van de suggestie die gedaan is, om de werkplaats tijdelijk onder te brengen in het pand Pasbaan, merkt hij op dat men dit moet zien in combinatie met het voorstel van burgemeester en wethouders onder no. 15 van de agenda. De Johannes Kardinaal de Jong-stichting is de huur van de thans in gebruik zijnde panden per 1 januari 1960 opgezegd. Deze datum is de uiterste termijn. Deze zaak loopt al heel lang. Deze kwestie is dus gekoppeld aan de tijdelijke overbrenginq en dus niet uitvoerbaar. De werkplaats voor minder-validen is, zo zegt spreker, wel een sociale formatie, maar moet economisch gerund worden. Bij een gedeeltelijke overbrenging naar het pand Pasbaan zal dit meer exploitatielasten van de werkplaats medebrengen. Bovendien zal dan 2 maal verhuisd moeten worden waardoor weer meerdere lasten veroorzaakt worden. Men zou kunnen stellen om geen machines over te brengen. Spreker weet echter niet welke afdeling zonder machines werkt. De huidige situatie vindt hij voor alle afdelingen even erg en hierdoor zou slechts een klein gedeelte van de mensen geholpen kunnen worden, hetgeen de sfeer op de werkplaats ook alweer niet ten goede komt. Bovendien blijft het bezwaar dan bestaan dat burgemeester en wethouders de Kardinaal de Jong-stichting nergens

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1959 | | pagina 533