208 23 JUNI 1960 De heer VAN HOUTEN geeft te kennen dat als het pand inderdaad wordt verkocht, hij zich met het voorstel kan verenigen. Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten. 36. Voeren van een rechtsgeding. Conform dit voorstel wordt besloten. 37. Huurverhoging gemeente-woningen per l-4-'60. De heer NIEUWLAAT heeft alle waardering voor de beleidsnota; het overzicht geeft een zeer duidelijk inzicht in de moeilijke materie. Hij vindt het jammer dat nog geen voortgang is gemaakt met de huur- nivellering. Is er overigens contact met de woningbouwverenigingen gezocht. Vol gen de woningbouwverenigingen ook deze lijn? Voorts mist spreker in het overzicht een passage over de bedrijfspanden. Het zou wel aardig zijn geweest indien hieraan ook aandacht was besteed. Tenslotte vestigt hij de aandacht op de woningen genoemd onder a en c op blz. 3 van de nota. Hij vraagt voor deze woningen de nodige souplesse te gebruiken, omdat de huuradviescommissie hier nog een verklaring moet verstrekken. De huumivellering is een vrome wens; in deze wil men zeker eerst het S.E.R.-advies afwachten. Het is een goede gedachte van het college van burgemeester en wethouders geweest om met deze nota te komen, doch er is reeds tweemaal vanuit de raad om een huurnota gevraagd. Voor de bepaling van de in 1957 facultatief gestelde huurverhogingen van 120% voor de woningwetcomplexen zoals o.m. met name in de Karbouwstraat en in de Blauwe Kei zijn destijds normbedragen vastgesteld aan de hand van de stichtingskosten, aantal slaapkamers en aantal te vestigen personen. Spreker heeft zich afgevraagd of dit wel het gemakkelijkste systeem is. Hij betwijfelt zelfs of dit wel het juiste systeem is. Waarom heeft men niet gewacht met vergelijkingsobjecten zoals gerief, afwerking en ligging. Volgens dit systeem had men tot een juistere huuromschakeling kunnen komen. De heer QUADEKKER vraagt of het niet verstandiger is voor de woningen als bedoeld onder c op blz. 3 van de nota eerst huurverhoging toe te passen, waarna achteraf het eventueel te veel betaalde kan worden terugbetaald. Als men wacht met de huurverhoging toe te passen is de mogelijkheid aanwezig dat straks het achterstallige moet worden bijbe taald. Voorts vraagt spreker zich af of de huizen in het Montenspark niet het eerst in aanmerking komen om te worden afgestoten. De heer VIS spreekt ook zijn waardering uit over de nota. Het huur- probleem is zeer belangrijk; het geheel is in de nota duidelijk gesteld. Hij heeft evenwel nog een opmerking. Het instituut van de huuradvies commissie is hem niet helemaal duidelijk. Hoe werkt deze commissie? Dit voornamelijk i.v.m. een eventuele huurverhoging voor de meer genoemde gemeente-woningen als onder a en c op blz. 3 van de nota vermeld. Het zou wel eens lang kunnen duren voordat de beslissing van de huuradviescommissie komt. De heer HULSKRAMER dankt burgemeester en wethouders eveneens voor de uitgebreide nota en de uitgebreide inlichtingen. Hij verzoekt de ter visie liggende stukken nog langer aan de raad ter inzage te

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1960 | | pagina 208