20 13 JANUARI 1960
kunnen er andere maatregelen worden genomen. Daarom is het beter nu
niet diep op de zaak in te gaan. Laat de raad tot wijziging besluiten en
dan de sanctie op dit besluit vragen. Er is door enige sprekers gezegd:
Breek het trafohuis af en probeer het elders te plaatsen. Dit is echter
niet goedkoop omdat het huisje ongeveer ƒ90.000,— heeft gekost. Afbraak
en nieuwbouw is uiterst moeilijk en brengt vele bezwaren met zich mede.
De heer Vermeulen heeft gewezen op een fout, die burgemeester en
wethouders gemaakt hebben bij het verlenen van de bouwvergunning aan
de fa. Vermijs. Inderdaad is de goothoogte van het gebouw van genoemde
firma geen 13 m. Burgemeester en wethouders hadden ontheffingsbevoegd- i
heid tot 12 m„ terwijl het gebouw ruim 10 m. hoog is. Wat de achter
gevelrooilijn betreft wijst spreker er op, dat de bouwverordening in
bepaalde gevallen toestaat, dat de achtergevelrooilijn wordt overschreden.
De heer VERMEULEN zegt, dat burgemeester en wethouders deze i
bevoegdheid in dit geval niet hadden.
Wethouder JONGBLOED wil in 't midden laten of ten rechte of ten
onrechte van de ontheffinqsbevoeqdheid geb-uik is gemaakt. Het feit ligt
er nu eenmaal. De heer Vis heeft in de afdeling voor openbare werken
de hele kwestie een trieste geschiedenis genoemd. Thans dient de goed
keuring alsnog te worden verkregen op de wijziging van het wederopbouw
plan, waardoor de feitelijke toestand wordt gehandhaafd. Burgemeester
en wethouders zullen proberen de nodige goedkeuring te verkrijgen. Spreker
moet de raad stellig ontraden tot amovering van het trafohuis te besluiten
en een andere oplossing te zoeken. Dat het trafohuis tot in lengte van
dagen het stadsbeeld aldaar zal ontsieren betwijfelt spreker. Het is niet
zo, dat een ieder die er langs komt steeds „foei" zal roepen, zeker niet
wanneer de bebouwing van het open terrein zal zijn gerealiseerd.
De heer VERMEULEN zegt, dat het hem heel erg spijt voor de wet
houder, dat diens betoog niets nieuws heeft gebracht. Hij ziet geen enkele
aanleiding zijn standpunt te wijzigen.
De totale gang van zaken raakt zeer nauw de verhouding tussen de
raad en burgemeester en wethouders. De grondoorzaak van de gehele
kwestie is, dat de raad niet voldoende is ingelicht. In de richtlijnen, die
behoren bij het wederopbouwplan, hetwelk op sprekers verzoek aan de
ter visie gelegde stukken is toegevoegd, is de oprichting van klein-industrie
niet begrepen. Daarom mocht de bouwvergunning niet worden verleend.
De achtergevelrooilijn aan de kant van de Markendaalseweg is bij het
wederopbouwplan bepaald op 9 m. De diepte van het pand Vermijs is
44 m. Daardoor kwam men aan de kant van de mr. dr. Frederiksstraat
ruimte te kort en daarom moest de rooilijn daar worden verlegd. Als
burqemeester en wethouders toen bij de raad waren gekomen en eerlijk
hadden gezegd, dat zij een fout hadden gemaakt, dan had de raad bewust
een beslissing kunnen nemen. Nu is de raad bij stukjes en beetjes te weten
kunnen komen, wat er precies is gebeurd. In 1957 is de raad in de luren
gelegd bij de vaststelling der voorgevelrooilijnen en nadien opnieuw bij het
krediet voor het trafohuis. Spreker vraagt of de bouwvergunning aan
Vermijs in 1954 op grond van artikel 6, sub a, der woningwet is verleend.
Zo ja, dan hebben burgemeester en wethouders niet geschroomd om van
de wet af te wijken. De afwijking ligt nog niet zozeer in het niet voldoen
aan de voorgeschreven goothoogte, veel eerder in de overschrijding van
de achtergevelrooilijn, waaraan burgemeester en wethouders geen toestem
ming hadden mogen verlenen. Krachtens zelfbestuur hebben burgemeester
en wethouders het toezicht op de uitvoering van de plannen.
In dit geval hebben zij de wet in ernstige mate overtreden. De wet
houder heeft gezegd, dat de verplaatsing van het trafohuis duur zal zijn