23 JUNI 1960 215 Mevrouw DE BONTE zegt dat terzake al veel is opgemerkt. Een enquête bij het onderwijzend personeel acht zij wel gewenst; de bij zondere scholen kunnen een geheel ander standpunt hebben dan de hoofden van de openbare lagere scholen. Zij verwacht wel dat vele ouders enthousiast zullen zijn. Naar haar mening zal het melkdrinken wel een geweldig storende factor zijn voor het onderwijs in de klas. Het is voornamelijk wegens een gebrek aan inzicht bij de ouders dat de kinderen te weinig melk drinken. Hier ligt wel een taak om een goede voorlichting te geven. Spreekster is van mening dat de voeding van de kinderen een primaire taak van de ouders is. Voorts herhaalt zij haar verzoek om het standpunt van de schoolhoofden te vragen. De heer VAN BIJNEN zegt de betogen te hebben aangehoord en meent dat men wel erg zwaar aan het voorstel tilt. Hij heeft niets anders uit het voorstel gelezen dan dat het er alleen om gaat te subsidiëren als de scholen om financiële medewerking vragen. De rem tot subsidie aanvragen is zeker aanwezig nu de ouders zelf f 0,33 per liter per week in de kosten moeten betalen, terwijl het rijk f 0,06, het centraal school- melkcomité f 0,03 en de gemeente ook slechts f 0,03 per liter subsidie verlenen. De aanvragen zullen eerst na rijp overleg binnenkomen als vaststaat dat de ouders de genoemde bijdragen zullen betalen. Spreker zegt geen rapporten nodig te hebben. Hij wil het initiatief van de ouders zelf laten uitgaan. Uiteraard is hij het met de sprekers eens die zeggen dat de ouders verantwoordelijk zijn voor de voeding van hun kinderen. Spreker wil beslist geen enquête bij de ouders en wil afwachten welke verzoeken er binnen komen. De heer QUADEKKER vraagt er begrip voor, dat hij niet aan de dis cussies zal deelnemen. Hij wil geen oratio pro domo. Niet-zakelijk gezien is hij blij met het voorstel. De heer MINDERHOUD zegt voor het voorstel van de heer Melzer te hebben gestemd; ook hij meent dat het standpunt van de hoofden van scholen en de schoolbesturen dient te worden gevraagd. Vroeger is er ook schoolmelkvoorziening geweest. De ervaringen daarmede opgedaan zijn niet te best. Waren er ouders die verstek lieten gaan met betalen, dan moesten de kosten door de schoolbesturen betaald worden. Spreker verwacht dat niet veel scholen zullen meedoen. De heer VAN HOUTEN vraagt naar het advies van de subsidiecom missie. De VOORZITTER zegt dat dit aan het slot van het preadvies is vermeld. De heer HULSKRAMER meent dat de argumenten van de heer Minderhoud niet aan de orde zijn. Er zijn thans twee verzoeken van schoolbesturen die om subsidie gevraagd hebben. Wethouder VAN BOXTEL zegt begrip te hebben voor het standpunt van de heer Quadekker. De heren Van Bijnen en Hulskramer hebben het preadvies van een ander uitgangspunt benaderd dan de overige sprekers, hetgeen naar zijn mening ook juist is. De aandachtige lezer zal zeker uit het preadvies niet dat enthousiasme lezen als het thans door verschillende raadsleden wordt toegemeten. Het college van burgemeester en wethouders vraagt alleen de verstrekking op de scholen mogelijk te maken; dit naar aan leiding van twee concrete verzoeken van schoolbesturen. Het is inder-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1960 | | pagina 215