22 13 JANUARI 1960
n.l. „Beter ten halve gekeerd, dan ten hele gedwaald". Laat de raad
het advies van de heer Vermeulen volgen.
Spreker is bereid de goede trouw van burgemeester en wethouders aan
te nemen en de eventuele kosten niet op hen te verhalen.
De heer MELZER is door het betoog van de wethouder niet overtuigd.
De mr. dr. Frederiksstraat is verknoeid en de bewoners zijn bij de neus
genomen. Ook hij wil een spreekwoord gebruiken „Wie zijn derrière ver
brandt, moet op de blaren zitten." Spreker is er vóór het gedane onrecht
te herstellen. f
De VOORZITTER wil gaarne nog een aanvulling geven op hetgeen
wethouder Jonqbloed gezegd heeft naar aanleiding van de bedenkingen van
de raad. Er zijn te laken termen gebruikt als wetsverkrachting, wetsover
treding, verlakken, geen eerlijk spel. Spreker zou op een andere wets
bepaling willen wijzen en wel op die, welke zegt, dat op de eerste plaats
goede trouw moet worden verondersteld. Deze goede trouw is bij
burgemeester en wethouders aanwezig. De interpretatie van de wet
welke burgemeester en wethouders voorstonden is door de raad gevolgd.
Ook het goedkeurend orgaan, in casu het college van gedeputeerde staten,
had geen bedenkingen. Doch bij de Kroon heeft het raadsbesluit geen
genade kunnen vinden. Het is niet juist thans zonder meer te zeggen,
dat men geen vertrouwen meer heeft in het college. De raad heeft besluiten
genomen, maar gezegd wordt dat hij niet goed is ingelicht. Ieder der
raadsleden heeft indertijd bewust zijn fiat gegeven, wetende dat het trafo
huis aldaar geplaatst zou worden. Dit was ook het gevn! bij het krediet
tot de bouw en inrichting van het trafohuis. Ook wordt in het voorstel van
burgemeester en wethouders aan de belanghebbenden recht gedaan. Spreker
acht het beter af te wachten wat de Kroon zal doen. Hij gelooft echter
dat de raad geen lijdelijke houding aan wil nemen. Daarom wensen burge
meester en wethouders de suggestie van de heer Vermeulen over te nemen
en tezamen met het seniorenconvent en de afdeling voor openbare werken
rond de tafel te gaan zitten om de materie te bestuderen, zodat in afwach
ting van het resultaat dier bespreking de beslissing omtrent dit onderwerp
wordt verdaagd.
De heer QUADEKKER verklaart zich met dit voorstel akkoord.
De heer VERMEULEN gaat eveneens akkoord.
De heer KRAMERS wenst nog iets te zeggen over de vergadering
van de afdeling voor openbare werken. Vroeger was het de gewoonte
dat de vergadering van de afdeling op een bepaalde dag werd gehouden.
De leden konden dan tevoren in hun agenda de vergaderdatum aantekenen.
Spreker zou de vergadering van de afdeling in den vervolge wensen te
doen houden op de maandag voorafgaande aan de raadsvergadering. Dit
zal bevorderen, dat alle leden zoveel mogelijk aanwezig zijn.
De VOORZITTER merkt op, dat het quorum wel aanwezig was.
Het zal altijd wel eens gebeuren, dat meerdere leden niet aanwezig
kunnen zijn. Spreker is bereid de heer Kramers in dit opzicht te volgen.
Wethouder JONGBLOED antwoordt, dat hij als voorzitter van de
afdeling bezwaar heeft tegen het vergaderen op de maandag voorafgaande
aan de raadsvergadering, zulks in verband met de fractievergaderingen.
Tegen vergaderen op de maandag, die een week eerder valt, heeft spreker
geen bezwaren.
De vergadering van de afdeling wordt dan ook als regel op die maandag
