234 13 JULI 1960 lasten. Sinds 1950 geldt deze regeling; zowel nationaal als regionaal werden de vormingsinstituten op basis van de exploitatielasten gesub sidieerd. Ook in de gemeente Breda was dat zo. De fractie van de K.V.P. heeft waardering voor de poging die burge meester en wethouders hebben gedaan om tot een zo veel mogelijk ver antwoorde subsidieregeling te komen. De thans ontworpen regeling heeft inderdaad waardevolle elementen. Zo wordt het subsidie per jeugd lid van verenigingen, die voor subsidie in aanmerking komen gebracht van f 1,90 op f 4,—. Ook de voorgestelde regeling inzake de huisvesting en de bezoldiging van leiders heeft goede kanten. Toch is de K.V.P. fractie geenszins bevredigd. Men mist een norm stelling, een reglementering van de wijze waarop subsidie kan worden verleend. De subsidieregeling per lid is er bij uitstek een, waarvan de handige jongens kunnen profiteren die er het hoogst mogelijk rende ment uithalen. Er wordt geen subsidieregeling voorgesteld, waarbij de raad beoordeelt en beslist wie er subsidie krijgt en hoeveel. Zo wordt het bedrag ad f 4,per jeugdlid toegekend aan verenigin gen, die naar het oordeel van burgemeester en wethouders op grond van haar activiteiten daarvoor in aanmerking komen. Het zou dus kun nen zijn, dat burgemeester en wethouders op grond hiervan bijvoorbeeld aan een hobby-drumband zo'n subsidie verlenen. Het zou ook zo kun nen zijn dat een organisatie voor vrije jeugdvorming er buiten valt. Hetzelfde geldt t.a.v. de leidersvorming en de full-time leiders. Wanneer komt men voor subsidie in aanmerking? Er is geen regle mentering. Burgemeester en wethouders zijn voornemens een jeugd- adviesraad in te stellen. Spreker heeft tegen zulk een raad geen bezwaar, doch wel tegen de wijze waarop de instelling plaats heeft. Alleen bur gemeester en wethouders beslissen hierover. In het voorstel is geen sprake van enige taakstelling van de jeugdadviesraad. Een dergelijke raad, zoals burgemeester en wethouders zich die voorstellen zal nooit ingespeeld raken. Hij mist in het voorstel een erkenning van de over koepelingsorganen, die thans bestaan. De K.V.P. fractie is voornemens de voorgestelde subsidieregeling voorlopig aan te nemen en in het be grotingsjaar 1961 te komen met een initiatief-voorstel tot regeling van subsidies met normstelling en met een juiste taakstelling en samenstelling van een adviesraad. In grote lijnen is de K.V.P.-fractie voor een eigen subsidieregeling voor de 6000 leden van 8-24 jaar der vrije jeugdorgani saties als verkennerij, gilden, gidsen, K.A.B., K.J.B. enzovoorts. Ook in andere grote gemeenten is zulk een eigen subsidieregeling. In de voor te stellen rgeling zal subsidie verleend worden tot een bepaald percentage van de exploitatielasten; ook zal zij subsidie kennen voor part-time leiders en subsidie naar overige exploitatielasten. Men wil niet naar bestemmingsreserves, zoals in het voorstel van burgemeester en wethouders staat. Wel is een regeling gewenst om afschrijving van duurzame goederen te subsidiëren. In de regeling moet echter weer niet alles subsidiabel zijn. Tractaties bijvoorbeeld moeten er buiten vallen. Een reservering van bepaalde inkomsten mag niet van de exploitatielasten worden af getrokken. In de regeling zal een passage moeten voorkomen met ad ministratieve voorschriften zoals toezicht op begroting en rekening. Wat de gedachte jeugdadviesraad betreft: het benoemingsrecht zou kunnen berusten bij burgemeester en wethouders en de voorzitter kan een lid van burgemeester en wethouders zijn, de secretaris ware te benoemen door burgemeester en wethouders uit een voordracht van de commissie. De leden zullen echter benoemd worden op voordracht van de plaatselijke overkoepelende organen. Deze moeten in ieder ge-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1960 | | pagina 234