238
13 JULI 1960
voorstel besluit resulteren in verschillende voorstellen, welke de raad
in de toekomst zullen bereiken.
De heer NIEUWLAAT wil even een misvatting recht zetten. Hetgeen
hij heeft gezegd over de samenstelling van de jeugdadviesraad is niet
de visie van de gehele K.V.P.-fractie doch van hemzelf. Dit heeft hij
naar zijn mening voldoende laten uitkomen. De wethouder heeft gezegd,
dat juist de handige jongens zullen profiteren van een subsidiëring vol
gens de exploitatielasten. Dit zal nog moeten worden bezien. Spreker
is het voorshands niet met de wethouder eens. Ook voor de gemeente
zal een subsidiëring volgens de exploitatielasten voordeliger zijn omdat
het percentage elastisch kan zijn, bijvoorbeeld van 40°/o tot l°/o. De
raad kan naar goeddunken het percentage verhogen of verlagen. Dit
doet aan de methode niets af. De wethouder heeft ook nog over de
drumbands gesproken. Naar sprekers mening zal de subsidiëring van
drumbands moeten worden ondergebracht in de sector muziek, dus bij
de subsidiëring van muziekgezelschappen. Spreker is blij met de mede
deling, dat de wethouder gezegd heeft dat bij de samenstelling van de
jeugdadviesraad contact zal worden gezocht met de overkoepelings
organen.
De heer HULSKRAMER merkt op, dat hij nog geen antwoord heeft
gekregen op zijn vraag inzake het advies van de sportstichting betreffende
de jeugdleden van sportverenigingen.
De heer VIS wenst er nog de aandacht op te vestigen, dat hij, on
danks de voorstellen, welke de raad zullen bereiken, toch, bijvoorbeeld
na een jaar, gaarne zou worden ingelicht over de werking van de voor
gestelde regeling.
De heer QUADEKKER zou willen weten met wie reeds besprekingen
hebben plaats gehad betreffende de samenstelling van de jeugdadvies
raad.
De heer VAN BIJNEN zegt, dat de heer Nieuwlaat bij zijn betoog
dan eens gezegd heeft te spreken namens de fractie en dan weer naar
eigen mening. Evenals de heer Vis wenst hij gaarne aan het einde van
het begrotingsjaar een overzicht van de werking der regeling.
Wethouder BASTIAANEN blijft met de heer Nieuwlaat van mening
verschillen inzake subsidie op basis van exploitatielasten. Spreker weet
zeker, dat men gaarne en gemakkelijk de exploitatielasten opvoert met
het oog op hoger subsidie. Het opvoeden van de jeugd in bepaalde sec
toren is volkomen in strijd met de opvattingen van het college. Men
moet hier geen hutje bij mutje leggen. De jeugd is één begrip en moet
niet worden verdeeld. Bij dit voorstel moet het jeugdwerk worden ge
zien in brede zin. De heer Hulskramer zal wel weten dat de jeugdleden
van de sportverenigingen subsidie krijgen. Het is thans nog niet mogelijk
met de sportstichting afspraken te maken inzake de nieuwe regeling.
Door de voorgestelde regeling wordt het subsidie aan de jeugdsport
niet ingetrokken. Ten aanzien van de vraag van de heer Vis zegt spreker
dat hij bereid is bijvoorbeeld na een jaar de raad een overzicht te geven
van de werking der regeling. Een goede gelegenheid hiervoor biedt de
begrotingsbehandeling. Dit jaar is daarvoor de tijd te kort, doch bij
de behandeling van de begroting voor 1962 kan hier toch zeker over
gesproken worden. Misschien is het opportuun reeds eerder een over
zicht aan de raad te verstrekken. Dit hangt af van het materiaal, dai
in een bepaalde tijd voorhanden komt. In het voorstel is met opzet niet