240
13 JULI 1960
permanente huisvesting te zoeken. Daarbij zal nieuwbouw het best te
realiseren zijn.
De heer ZIJTREGTOP vraagt of het huurbestanddeel ad f 224,per
maand voldoende is om het krediet in vijf jaar in de gemeentekas te
doen terugvloeien.
De heer RATTINK zegt, dat zelfs bij een huurprijs van f 876,— per
maand het krediet in vijf jaren niet terugkomt.
De heer MELZER zou gaarne zien, dat het voorstel werd aange
houden tot de volgende vergadering.
De heer RATTINK merkt op, dat de gemeente geen haast heeft doch
wel het instituut. Hij ziet niet in, waarom dan het voorstel niet tot een
volgende vergadering kan worden aangehouden.
Wethouder VAN BOXTEL zegt, dat de leden van de raad in de
pauze inzage kunnen nemen van de stukken.
De heer DRION vindt het voorstel om het stuk aan te houden pre
matuur. De verhuur van Klein Wolfslaar aan het Wit-Gele Kruis is
voor Breda wel aantrekkelijk. Hij stelt voor over het voorstel na de pauze
te beslissen.
Wethouder VERMEULEN merkt op, dat de huur ad f 1.100,per
maand is samengesteld uit f 876,zijnde een dertigjarige annuïteit
voor voorzieningen, die toch nodig zijn en f 224,zijnde een vijfjarige
4%o/o annuïteit wegens bijzondere voorzieningen ten behoeve van het
Wit-Gele Kruis. Hierdoor wordt verklaard, dat men niet aan het bedrag
ad f 73.800,kan komen.
De VOORZITTER stelt, dat thans de vraag aan de orde is of de raad
na de pauze de gedachtenwisseling zal voortzetten of dat hij het voorstel
van de heer Melzer volgt.
De heer RATTINK steunt het voorstel van de heer Melzer. Spreker
wil echter nog wel de vraag stellen, of het Wit-Gele Kruis niet huurt,
als de raad geen beslissing neemt.
De heer MELZER zegt, dat hij wel in de pauze wenst te beraadslagen,
doch dat hij blijft protesteren tegen de gang van zaken.
De heer VAN BIJNEN zegt, dat de voorlichting welke de wethouder
in de pauze heeft gegeven hem heeft overtuigd dat er aan een spoedige
beslissing van de raad voordelen verbonden zijn, hoewel de gang van
zaken hem toch niet prettig aandoet.
De heer VAN WERKHOOVEN is, gezien de ervaring, bang dat het
krediet niet toereikend zal zijn en dat er weer een aanvullende begroting
moet komen. Wordt de huur dan naar evenredigheid verhoogd?
De heer QUADEKKER is het met de heer Van Bijnen eens.
De heer MINDERHOUD gaat ook akkoord met hetgeen de heer
Van Bijnen gezegd heeft.
De heer VIS verenigt zich met de woorden van de heer Van Bijnen.