13 JULI 1960 245 l.o.-wet van toepassing. De gemeente zal dus eerst tot stichting van een kleuterschool overgaan als dit strikt noodzakelijk is. Spreker weet, dat heel wat ouders hun kleuters naar de openbare kleuterschool aan de Beverweg zenden omdat de kleuterschool aan de Kangoeroestraat er niet is. De alinea in het preadvies „Het aantal personen, dat de wijken Bel- crum, Linie en Doornbos te gelegenertijd zal bevolken kan worden ge steld op ongeveer 11260; hieruit resulteert een deelname van circa 25 kleuters" geldt zeker niet voor de onderhavige school. De heer KROON zegt dat krachtens artikel 19 der l.o.-wet de overheid geroepen is tot het doen geven van onderwijs in een genoegzaam aantal scholen. Spreker is het daarom eens met het preadvies van burgemeester en wethouders en met hetgeen de heer Nieuwlaat heeft gezegd. Als overheid is de gemeente verplicht te zorgen voor openbaar onderwijs. Daarnaast blijft echter het confessioneel onderwijs en eventueel het neu traal bijzonder onderwijs zoals bijvoorbeeld bij de Jan Ligthartschool. Het is op de eerste plaats de taak van de ouders om de vorm en aard van het onderwijs hunner kinderen te bepalen. Dit komt dus voorop. Daarnaast zorgt de overheid voor openbaar onderwijs. Spreker is het volledig eens met het preadvies. De heer VIS heeft er geen behoefte aan te herhalen wat de heer Rattink reeds heeft gezegd en waarbij hij zich volledig aansluit. Zoals bekend is heeft sprekers opleiding er toe geleid, dat hij de gegevens van de sociografische dienst met bijzondere belangstelling bekijkt. Hij moet constateren dat cijfers altijd een zekere neiging tot exactheid hebben. De percentages genoemd in het preadvies gaan wel op voor de r.k. scholen maar niet voor het openbaar onderwijs. Zij kunnen voor dit onderwijs niet meer zijn dan een globale benadering. De matige belang stelling voor het openbaar onderwijs is te verklaren uit de ligging van de openbare scholen. In wijken waar geen openbare school is hebben de ouders geen keuze. Zij moeten dus wel naar ander onderwijs uitzien. De heer Kroon heeft gezegd dat het bijzonder onderwijs op de eerste plaats komt. Spreker is het hiermede helemaal niet eens. Bij de onder- wijspacificatie is aan de ouders een vrije keus gelaten, doch Omsmt is gesteld dat voortaan het bijzonder onderwijs op de eerste plaats zou komen. De vrije keus van de ouders is wat het openbaar onderwijs in Breda betreft beperkt door de ligging der openbare scholen. Dit moet bij het bezien der cijfers niet worden verwaarloosd. De heer Rattink heeft betoogd dat er een ruime behoefte is aan open baar onderwijs in Linie-Doornbos en Belcrum. Het loont de moeite om tegen de tijd dat het uitbreidingsplan Hoge Vucht gaat worden gereali seerd, klaar te zijn om aan de behoefte aan openbaar onderwijs te voldoen. Wethouder BASTIAANSEN antwoordt, dat in de afdeling voor het onderwijs reeds uitvoerig over deze zaak van gedachten is gewisseld. Hij stelt het op prijs dat de heer Rattink aan het begin van zijn betoog heeft gesteld dat de besprekingen in zuiver zakelijke sfeer zijn gehouden en de integriteit van beide partijen buiten twijfel is. Wanneer de heer Rattink stelt, dat in het preadvies geen aandacht wordt geschonken aan artikel 19 der l.o.-wet moet spreker dit ten zeerste bestrijden. Het is duidelijk, dat het gemeentebestuur geacht mag worden te weten wat haar taak is. Bij hun beschouwingen hebben burgemeester en wethouders er ruim aandacht aan besteed. Aan de sociografische dienst is uitdrukkelijk opgedragen niemand iets te onthouden. In het standpunt van burgemeester en wethouders is geen discriminatie te ont-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1960 | | pagina 245