264
17 AUGUSTUS 1960
37. Voorstel van burgemeester en wethouders tot ruiling van grond
gelegen aan de Langendijk met de naamloze vennootschap „Exploitatie
Maatschappij de Koepel N.V.". (Bijlagen 1960, no. 434).
38. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het doen uitvoeren
van enige voorzieningen op het landgoed „Klein Wolfslaar". (Bijlagen
1960, no. 435).
39. Voorstel van burgemeester en wethouders inzake het aanwijzen
van een architect voor de bouw van het nieuwe gemeentehuis. (Bijlagen
1960, no. 436).
Tegenwoordig: mevr. Th. M. M. DE BONTE-DE MUNNIK, mevr.
M. W. B. A. VAN MIERLO-MUTSAERS en de heren A. C. BASTIAAN-
SEN, mr. K. A. M. BASTIAANSEN, H. BIEMANS, W. C. A. M. VAN
BOXTEL, H. BROEDERS, G. CAMPHENS, P. J. VAN CAULIL,
H. J. C. COSIJN, mr. B. W. M. DRION, C. VAN DEN EEDEN,
N. W. C. VAN GISBERGEN, J. J. J. HILTE, K. VAN HOUTEN,
G. F. HULSKRAMER, J. J. KAMPHUYS, D. J. A. KRAMERS, J. M.
LOUS, F. J. MELZER, A. MENDES, J. A. MEIJS, G. MINDERHOUD,
F. II. M. MOL, P. F. C. NIEUWLAAT, F. P. VAN DE NOORT, J.
H. M. QUADEKKER, A. J. A. RATTINK, H. F. W. STOKKERMANS,
J. F. V. VERMEULEN, J. VERSCHUREN, drs. P. VIS, F. VAN
WERKHOOVEN, drs. N. H. ZIJTREGTOP en W. VAN DER ZWAN.
Afwezig de heren: J. M. VAN BIJNEN, C. A. VAN DUIJL, A.
KROON en H. VAN TOLEDO.
Voorzitter: de heer mr. dr. R. M. A. A. GEULJANS.
Secretaris: de heer mr. PH. I. E. VAN WOENSEL.
De VOORZITTER opent de vergadering en spreekt het gebed uit,
waarvan de tekst is opgenomen in artikel 10 van het reglement van orde
voor de vergaderingen van de gemeenteraad.
Bericht van verhindering is binnengekomen van de heren J. M. VAN
BIJNEN, A. KROON e» H. VAN TOLEDOf\ n Tsc^t
Hierna wordt overgegaan tot behandeling van de agenda.
I. Notulen.
De heer QUADEKKER merkt op dat op blz. 194 „Wethouder van
Boxtel meent etchet woord minitieus is gebruikt. Dit woord be
staat niet en bovendien klopt deze zin niet. Na overleg met wethouder
van Boxtel wordt in de plaats van dit woord het woord „oppervlakkig"
voorgesteld. Op blz. 239 moet de eerste accent aigu op het woord
reposé vervallen. Op blz. 253 moet het woord „verheugd" worden ver
vangen door „verheugt".
De heer RATTINK verzoekt in de zin op blz. 247: „Er zijn echter
vele wegen, die niet naar Rome leiden" het woord „niet" te laten ver
vallen.
De heer VIS verzoekt op pagina 245 het woord „immer" te doen
vervangen door „nimmer".
